In dit zomernummer van De Republikein wordt de vraag naar de republikeinse zaak omgedraaid: stel dat de Oranjes vertrokken zijn, en de republiek werkelijkheid is, wat dan? Dat is nog geen gemakkelijke vraag.
Want er zijn dan wel weinig soorten monarchieën – variërend van absoluut tot parlementair gecontroleerd – maar er zijn zoveel varianten aan presidentieel leiderschap, dat de keuze tussen die verschillende republikeinse staatsvormen er een is van appels en peren. Toch doet dit nummer van De Republikein een poging na te denken over de toekomst.
APPELS EN PEREN
Zo geeft de sociaalhistoricus Paul Damen aan dat bij alle modellen het inderdaad appels en peren blijft, en dat aan de andere kant, bij overname van het Duitse model van de parlementaire republiek, met een president die eigenlijk niets heeft in te brengen, dat weinig verschilt van de positie van de koning hier. Zij het, uiteraard, dat die zich wel degelijk macht en privileges heeft toegeëigend, reden te meer om hem af te zetten.
De emeritus hoogleraar rechten Ulli d’Oliveira schetst de verschillende juridische scenario’s die tot een republiek zouden kunnen leiden, waarbij ingrijpende wijziging van de Grondwet nog wel het minste probleem zou zijn. Ries Roowaan en Maurits van den Toorn, beiden historicus, zoomen in op het meest dichtstbijzijnde stelsel, dat in de Verenigde Staten, waar het systeem in wankel evenwicht tussen de verschillende machten af en toe doormoddert, maar wél overeind blijft. Toch is het totaal ongeschikt voor ons land.
STOFZUIGER
Jarenlang China-correspondent Jan van der Putten zet uiteen waarom China zich dan wel een volksrepubliek noemt, maar dat er allesbehalve enige inspraak van dat volk aan te pas komt. In zijn bijdrage, een longread, schetst de journalist Syp Wynia, jarenlang aan Elsevier’s verbonden, dat de teloorgang van de Oranjes steeds meer aan de oppervlakte komt, maar de regering-Rutte eigenlijk niets doet om dat te voorkomen.
De publicist Roel van Duijn beschrijft hoe de eerste boeren- en arbeidersstaat, de Sovjet-Unie, thans Rusland, niet eens meer een consistente ideologie bezit om de dictatuur te legitimeren. Classicus Anton van Hooff duikt in het verleden, en geeft aan dat vanaf de oudheid de ene republiek niet de andere is. Striptekenaar Gabriël Kousbroek tenslotte is van mening dat de huidige monarch beter kan vervangen worden door een verbouwde stofzuiger – niemand zou, mits het apparaat goed is geïnstrueerd, enig verschil bemerken. Vaste cartoonist Joep Bertrams vreest dat de huidige koning het begrip ‘podcast’ niet helemaal bevatten kan.
KONING RIJK
En verder biedt De Republikein uiteraard de vaste rubrieken aan. Op de pagina’s Rep & Roer, waar monarchieën in de lengte of breedte worden doorgezaagd, o.a. de vraag naar de erfelijke Oranje-obesitas, waarom Prins Harry zich steeds weer in de nesten werkt, en sowieso de begrafenis van zijn grootmoeder Elisabeth onbedoelde ellende aanrichtte, waarom royaltywatcher Jeroen Snel beter snel kan zwijgen over Oranje badpakken, en minister Kaag haar krokodillentranen voor zich moet houden.
Voorts een spreadpagina met de in Scheveningen gelande Willem I, waarmee alle ellende begonnen is, omdat hij de tot koning gebombardeerde, berooide Oranjetelg het begrip ‘koninkrijk’ voornamelijk invulde als ‘koning moet rijk worden’. Ulli d’Oliveira vraagt zich af welke chicanes er indertijd aan te pas moesten komen om de buitenlandse prinses Emma toch tot koningin te kunnen maken.
BBB
Bij de achtergrondverhalen valt van NIO-historicus Gerard Aalders te lezen hoe tijdens het Lockheed-schandaal door premier Den Uyl toch nog zeer veel onder het royale tapijt geveegd moest worden om de monarchie te redden. Over het heden schrijft publicist August Hans den Boef een analyse over de winst van de BoerBurgerBeweging en wat er allemaal rammelt aan hun programma en strategie. Uiteraard treft u in dit nummer de columns aan van Gerard Aalders, Henk Westbroek en ‘Republiek’-voorzitter Floris Müller.
Mis geen enkele editie meer van dit unieke kwartaalblad en neem een abonnement.