75 jaar bevrijd en nu weer bezet?
In de nieuwe editie van tijdschrift De Republikein veel aandacht voor twee hoofdthema’s: corona en 75 jaar bevrijding.
In zijn redactionele inleiding zoekt hoofdredacteur René Zwaap een verband tussen toen en nu: ‘Zijn er in het koninkrijk der Nederlanden parallellen te trekken tussen de Duitse invasie in mei 1940 en de invasie van het corona-virus in maart 2020? Laten we eens zien hoe ver we komen. In beide gevallen was de gehele natie ondanks alle waarschuwingen toch totaal verrast toen het eenmaal zo ver was. In beide gevallen had het volk eerder van de hoge autoriteiten te horen gekregen dat men rustig slapen kon gaan. In 1940 ging men ervan uit dat het land veilig verscholen was achter de Waterlinie en de Peelstelling, maar hielden die verdedigingswerken het in werkelijkheid nog geen dag uit. Anno 2020 was er iets soortgelijks aan de hand met de verzekering van premier Rutte dat de strategie van de groepsimmuniteit verlossing zou bieden.’
Corona betekent kroon, en dat brengt columnist Manuel Kneepkens op gedachten: ‘Het oranje-virus heeft onze democratie geestelijk besmet zoals het corona-virus thans bezig is dat met ons allen fysiek te doen.’ Nu er een massieve lintjesregen te verwachten valt voor ‘de helden van de zorg’ wordt het tijd dat het Nederlandse decoratiesysteem op de helling gaat. Ook mensen die niet staan te springen om een koninklijke onderscheiding moeten de waardering kunnen krijgen die hen toekomt. Hij komt met het voorstel voor deze categorie een ereboom te planten, een ecologisch verantwoord Ridderbos.
Na D-day lanceerde Wilhelmina het idee om de Duitse bevolking in de grensstreken met Nederland, gezinnen met kinderen niet uitgezonderd, te deporteren naar een of andere verre uithoek. Gelukkig nam geen enkele geallieerde bondgenoot haar serieus. Columnist Gerard Aalders over de waandenkbeelden van Wilhelmina.
Meer dan zes miljoen mensen keken vrijdag 20 maart volgens de Stichting Kijkonderzoek naar de koninklijke coronaspeech. Een week nadat premier Rutte het land had toegesproken werd de tijd rijp geacht voor een toespraak van Willem-Alexander via alle beschikbare kanalen. Maar hoe effectief was dat? En waarom werden negatieve reacties op de facebookpagina van het Koninklijk Huis door de RVD weggecensureerd?
Emeritus-hoogleraar geschiedenis Wijnand Mijhardt licht zijn pleidooi voor eerherstel voor de door de Oranje-geschiedschrijving verdonkeremaande Bataafse Republiek toe. Hij verdiept zich ook in hedendaagse republikeinse ideologieën, zoals het idee voor een Europese republiek van de Duitse politieke filosofe Ulrike Guérot . Mijnhardt: ‘Guérot’s pleidooi voor een republikeins Europa waarin de volkswil gestalte moet krijgen, is een meeslepende vorm van wishful thinking maar vereist nog veel denkwerk om aanvaardbaar te worden. Mooi is wel dat haar bezwaren tegen de natiestaat geen kritiekloze omhelzing van het federale model met zich meebrengen. Guérot’s keuze voor kleine politieke eenheden zoals de stad – ook in het vroegmoderne Nederland de kern van het republikanisme – geeft aan dat zij begrijpt waar de mensheid het meest behoefte aan heeft: een overzichtelijk, lokaal geworteld dagelijks leven.’
De innige band tussen leger en koningshuis wordt ieder jaar op 4 en 5 mei breeduit uitgevent. Het is tijd om in onze democratische rechtsstaat Dodenherdenking te demilitariseren, vindt August Hans den Boef. ‘Het project van Nederland als democratische rechtsstaat blijft onvoltooid zolang de hoogste publieke functie slechts erfelijk is en bovendien voorbehouden aan de leden van één familie. En dan hebben we het nog niet over het perverse misverstand dat al deze leden daardoor zonder enige uitzondering over singuliere eigenschappen beschikken, die hen bij uitstek geschikt maken om niet alleen boven de partijen, maar ook boven de burgers te staan. Maatschappelijk ingrijpender nog dan dit oranjepopulisme is de parallelstructuur met eigen privileges, die slechts voor militaire beroepsgroepen en instituties bestaat’. Sinds 1945 heeft de overheid door allerlei besluiten, van lintjes tot Dodenherdenking, de militaire lobby gefaciliteerd, aldus de auteur. ‘Bezie bijvoorbeeld de hiërarchie van onze koninklijke onderscheidingen. De prijsdieren vormen drie categorieën: staatshoofden, militairen en gewone burgers. Dat is wel even schrikken voor wie meent dat de Nederlandse samenleving egalitaristisch is. De twee hoogste onderscheidingen zijn voorbehouden aan militairen, dan wel aan ons erfelijk staatshoofd zelf en zijn peers‘.
Voor Nederland is 10 mei 1940 de belangrijkste datum in de twintigste eeuw. De Tweede Wereldoorlog was op dat moment al meer dan een half jaar aan de gang, maar gevochten werd er nauwelijks. Tijdgenoten noemden die merkwaardige periode de phoney war, der Sitzkrieg, drôle de guerre. Historicus Ries Roowaan over een vergeten pauzenummer van de wereldbrand.
Journalist Rob Bakker publiceerde met het onlangs verschenen Boekhouders van de Holocaust een complete inventarisatie van de medewerking die het Nederlandse ambtelijke apparaat tussen 1940 en 1945 verleende aan de moord op meer dan 100.000 mensen. Desgevraagd omschrijft hij de excuses die premier Rutte daar onlangs voor aanbood als ‘erg mager’. Rob Bakker: ‘Rutte maakte op geen enkele manier duidelijk hoe sterk het gehele ambtelijke apparaat betrokken was bij de registratie en deportaties. De SG’s protesteerden wel tegen de gedwongen Arbeitseinsatz van niet-Joodse Nederlanders, maar niet tegen de deportaties van de Joden. Daarmee werd een gehele bevolkingsgroep willens en wetens afgeschreven en niet meer als deel van het Nederlandse volk beschouwd en behandeld. De Jodenvervolging en deportaties werden als iets beschouwd wat de Nederlandse ambtenaren niet aanging; dat was voor de verantwoording van de Duitsers. Joden werden gezien als een aparte bevolkingsgroep en werden niet gerekend tot het algemene landsbelang, zowel politiek als uit menselijk oogpunt gezien’. Daarnaast aandacht voor het verband tussen de hoge mate van ambtelijke collaboratie en de ongrondwettelijke vlucht van koningin Wilhelmina in mei 1940.
Ko Smit schrijft over het complot tegen generaal Reynders, de opperbevelhebber van de Nederlandse strijdkrachten, die vlak voor de Duitse inval op aandrang van koningin Wilhelmina het veld moest ruimen. Had dat te maken met de weigering van de generaal om mee te werken aan de vluchtplannen van het koningshuis?
Meer dan drie miljoen bezoekers trok de musical Soldaat van Oranje. De autobiografie van Erik Hazelhoff Roelfzema is daarmee uitgegroeid tot de hoogmis van het Oranje-evangelie. Maar hoe heldhaftig was diens betrokkenheid bij de planning van een naoorlogse staatsgreep in 1947, inclusief een moordaanslag op PvdA-coryfee Koos Vorrink? Bart Gruson kan zich betere vaderlandse oorlogshelden voorstellen.
Tergend langzaam kwam het kabinet-Rutte uit de startblokken voor actie tegen het corona-virus. Kritiek op het beleid wordt als een gebrek aan solidariteit gezien. Maar het wordt tijd de ogen te openen voor de consequenties van wekenlange bestuurlijke lethargie, schrijft Ricus van der Kwast, die zijn hart vasthoudt voor de komende weken. ‘Bang ben ik dat de maatregelen niet alleen twee maanden te laat genomen zijn, maar dat men ook twee maanden te vroeg de teugels weer laat vieren, terwijl de WHO, epidemiologen en andere modelleerders juist voor versoepeling waarschuwen omdat er op dit moment geen enkele aanwijzing is dat al meer dan zeg 10 procent van de bevolking immuun is’.
Voormalig Europarlementariër Els de Groen beschrijft het corona-virus als de ultieme test voor bestuurlijke vaardigheden. ‘Het ontmaskert presidenten die het virus bagatelliseren, ontmaskert premier Orbán die beweert het virus te knechten door de democratie af te schaffen, ontmaskert populisten die er xenofobie mee aanwakkeren’.
Wat Europa – bij uitstek Europa met haar diversiteit, haar cultuur, gewelddadige historie en democratische ambities – kan redden is samenwerking, zo stelt ze. ‘Geen versplintering en verspilling meer, maar saamhorigheid. Dan verslaan we niet slechts corona, maar ook het egoïsme en de visieloosheid die eraan ten grondslag liggen’.
Paul Damen dook in de mortaliteitsgeschiedenis van het Huis van Oranje-Nassau. Veel vertegenwoordigers van de dynastie werden getroffen door het dodelijke pokkenvirus, maar specialiteit van het huis werd toch sterven aan uiterst sneue grillen van het noodlot. ‘Je kan veel van het coronavirus zeggen, maar het doet wél aan diversiteit. Koning, keizer, admiraal, corona pakt ze allemaal. Ooit was dat anders: besmettelijke ziekten roeiden half Europa uit, maar de Oranjes bleven gespaard. Ons latere vorstenhuis vond vaker originelere methoden voor de voleinding van het leven’.
Al 50 jaar geleden waarschuwde het gedistingeerde wetenschappelijke duo Paul R. Ehrlich en Anne H. Ehrlich voor het verband tussen overbevolking, toegenomen mobiliteit, klimaatverandering en nieuwe dodelijke virussen. In hun in 1970 verschenen boek Population, Environment, Resources werd precies voorspeld waar de wereld nu mee kampt. Roel van Duijn over de dovemansoren van de politiek en de machinaties die nu op het wereldpolitieke toneel in het spel zijn om de democratie te beknotten.
De primitiefste levensvorm, het virus, heeft de homo sapiens, de meest ontwikkelde levensvorm, gevonden als een vehikel voor zelfvermeerdering, aldus een analyse van de Sloveense filosoof Slavoj Žižek. De mens blijkt niet minder fragiel dan de ooit uitgestorven dodo of dinosaurus. Is dit dan het echte einde van de geschiedenis, vraagt Raymond van den Boogaard zich af in een beschouwing over ‘de politiek van de angst’.
Dan twee artikelen over de wereld na corona. Het land lijkt in een staat van beleg. In de media is nauwelijks aandacht voor andere onderwerpen dan het coronavirus. De woordkeuze herinnert aan oorlogsverslaggeving, waarbij het verloop van het front en het aantal slachtoffers de belangrijkste onderwerpen vormen. Het houdt ons dag en nacht bezig, maar hoe zal straks de vrede eruit zien? Ries Roowaan tast de mogelijkheden af. ‘Volgens menig commentator is het coronavirus de externe schok die het neoliberalisme naar de schroothoop zal verwijzen. Dat is enigszins voorbarig maar feit is dat er al jaren onvrede over het marktfetisjisme bestaat. Hoe diep dat inmiddels zit, moge blijken uit het gemak waarmee in diverse landen de overheid geld rondstrooit. Elke aarzeling wordt weggewuifd. De hoogste bedragen zijn nog niet hoog genoeg. Of het werkelijk voldoende zal zijn, moeten we overigens maar afwachten’.
Mark Blaisse ziet in dit verband grote gevaren voor de democratische orde. ‘Zorgelijk is de manier waarop democratische regeringen menen van de ene dag op de andere noodmaatregelen te mogen nemen die onze vrijheid ernstig beperken. Dat de noodtoestand om strenge maatregelen vraagt, zoals uitgaansverbod en desnoods een lockdown, is begrijpelijk, maar het gaat wel heel ver als de overheid bepaalt dat alle mobiele telefoons mogen worden gevolgd in naam van de publieke veiligheid. In naam van diezelfde zogenaamde veiligheid gaan grenzen dicht, worden winkels, scholen, theaters en universiteiten gesloten, gaan crèches op slot, maar niemand wordt daarbij geconsulteerd. In sommige Europese landen mogen per decreet niet meer dan twee mensen met elkaar op straat aangetroffen worden. Deze decreten worden zonder parlementaire goedkeuring genomen. De plotseling oppermachtige regering deelt vrijwel alle lakens uit. Wij, de burgers, hebben het nakijken en worden misdadig genoemd als we ons niet schikken.’
Columnist Hans Maessen, voorzitter van het Republikeins Genootschap, buigt zich dit keer over het initiatief om te komen tot de oprichting van de Partij voor de Republiek.
In de rubriek Appeltjes van Oranje dit keer aandacht voor het dubbelspel van Felix Kersten. In 1950 kreeg deze Finse manueel therapeut een hoge onderscheiding uit handen van prins Bernhard vanwege zijn verdiensten voor het Nederlandse volk. ‘Het is moeilijk woorden te vinden voor alles wat u voor het Nederlandse volk gedaan heeft’, sprak Bernhard bij die gelegenheid. Daarbij ging het erom dat Kersten het Nederlandse volk tijdens de bezetting voor deportatie naar Polen zou hebben behoed. Maar er zat een luchtje aan dit lintje. Kersten was tijdens de oorlogsjaren de vertrouweling van SS-chef Heinrich Himmler en na de oorlog spande hij zich in om om Duitse oorlogsmisdadigers uit Nederlandse gevangenschap te krijgen door minister Donker van Justitie te chanteren.
Maurits van den Toorn recenseert het boek Op verzoek van hare majesteit van Frans Becker en Tamara Becker, over SDAP-kroonprins Wiardi Beckman. Kort voor de bevrijding in 1945 kwam deze in Dachau om het leven, na begin 1942 te zijn opgepakt bij een poging om naar Engeland te komen. Daarnaast ook aandacht voor In dienst van de nazi’s. Gewone mensen als gewelddadige collaborateurs van de hand van Paul van de Water.
Thrillerspecialist Gijs Korevaar beveelt drie spannende boeken aan waar een virus de hoofdrol speelt, Quarantaine van Erk Betten. World War Z van Max Brooks en Schone Slaapsters van horrorspecialist Stephen King.
Verluchtigd met illustraties van Joep Bertrams en Gabriel Kousbroek.
Mis geen nummer meer van dit unieke kwartaaltijdschrift en neem een abonnement.
You might be interested in
Journalist en schrijver Paul Damen was bij zijn dood op 13 november 2024 hoofdredacteur van De Republikein. Op de dag
In dit zomernummer van De Republikein wordt de vraag naar de republikeinse zaak omgedraaid: stel dat de Oranjes vertrokken zijn,
Eeuwenlang bepaalden Duitse vorsten de machtsverhoudingen in Centraal-Europa en ver daarbuiten. Ook waren ze en passant hofleverancier van koninklijke echtgenoten
VERS VAN DE PERS
Blijf immuun voor het kroon-virus en lees het nieuwe nummer van De Republikein, tijdschrift voor politiek, cultuur, recht & burgerschap. Paul Damen schrijft over eeuwen strijd tussen Mokum en Oranje. Wat resteert veertig jaar na Geen Woning, Geen Kroning nog van de republiek Amsterdam? En wanneer krijgt Amsterdam het stadspaleis op de Dam terug?
Een verse column van Gerard Aalders over het gehossel met het regeringsvliegtuig door Willem Alexander en Rutte, die hun privéreis naar de Bilderberg in Montreux onterecht afschoven op de belastingbetaler. Ridder van Oranje Nassau Roel van Duijn schrijft over de geneugten van een lintje, kunstenaar Fredie Beckmans legt zijn paleisverbod uit, Thom de Lagh ontmoette ex-krakerskoning Rooie Pietje, die afscheid neemt van zijn stad. Ries Roowaan over de republikeinse inborst van Harry Mulisch, August Hans den Boef dook in het werk van Multatuli en trof daar tal van verwensingen aan het adres van het ‘wormstekige huis van Oranje’. Maurits van den Toorn over de mislukte aanslag op Amsterdam door stadhouder Willem II.
Manuel Kneepkens over de gevolgen van een niet-rechtszaak: het besluit van premier Den Uyl over Bernhard niet te laten vervolgen wegens de steekpenningen die hij van Lockheed en Northrop had aangenomen sloeg een gat in de rechtsstaat.
Anton van Hooff herschrijft de Grondwet op republikeinse leest.
Van het republikeins front: de geboorte van de Partij voor de Republiek.
Boekrecensie: Katholiek in de Republiek van Catarina Lenarduzzi.
Plus: Nationaal Monument op de Dam dubbel fout, Thomas von der Dunk over koninklijke inteelt en Ries Roowaan over Europa na de brexit.
Plus: de Blik van Joep Bertrams, illustraties van Gabriel Kousbroek.
Nr. 1/2020 van ‘De Republikein, tijdschrift voor politiek, cultuur, geschiedenis & burgerschap’ is te koop bij de geselecteerde boekhandel of na te bestellen bij de uitgever via klantenservice@virtumedia.nl. Mis geen nummer meer van dit unieke kwartaaltijdschrift en neem een abonnement.
You might be interested in
Journalist en schrijver Paul Damen was bij zijn dood op 13 november 2024 hoofdredacteur van De Republikein. Op de dag
In dit zomernummer van De Republikein wordt de vraag naar de republikeinse zaak omgedraaid: stel dat de Oranjes vertrokken zijn,
Eeuwenlang bepaalden Duitse vorsten de machtsverhoudingen in Centraal-Europa en ver daarbuiten. Ook waren ze en passant hofleverancier van koninklijke echtgenoten
‘Republikeinen, doe uw plicht!’
Nederland is rijp voor een partij die het koekoeksjong van de liberale monarchie uit het nest verwijdert en het sociaal republikanisme van de 18e eeuw terug op de politieke agenda plaatst.
Tekst: René Zwaap
Illustratie: Joep Bertrams
De rede die Wijnand W. Mijnhardt op vrijdag 27 september jl. uitsprak bij zijn emeritaat als
hoogleraar vergelijkende wetenschapsgeschiedenis aan de Universiteit Utrecht verdient aandacht van iedere rechtgeaarde republikein. Eloquent en vol hartstocht neemt Mijnhardt zijn gehoor mee op een vogelvlucht door de Nederlandse geschiedenis. Zijn betoog is toegespitst op de vraag hoe het toch mogelijk was dat de hooggestemde idealen van een land dat werd geboren als republiek werden geofferd op het altaar van nationale monarchale eenheid onder de Oranje-kroon.
Mijnhardt breekt een lans voor eerherstel voor de republikeinen van de achttiende eeuw. ‘De Bataafse Revolutie van eind achttiende eeuw schiep de mooiste grondwet die Nederland ooit heeft gekend: de Staatsregeling, het enige moment uit de Nederlandse geschiedenis waarop sociale beschavingsidealen en lonkende culturele verten samenvloeiden in een politiek staatsontwerp’.
Met de terugkeer van de Oranjes na de val van Napoleon begon het Grote Retoucheren. ‘Hier ligt het begin van de presentatie in schrille kleuren van de achttiende eeuw als een ongelukseeuw, van de Nederlandse Verlichting als het “absolute niets” en van de verguizing van patriotten en Bataven. In zo’n context kon de monarchie voortreffelijk als nieuw begin dienen. […] Duidelijk is wel dat legio Nederlandse historici zich aan vele gradaties van byzantinisme hebben schuldig gemaakt. Creatief weglaten was daarbij een prachtig hulpmiddel. Ook vandaag nog wordt de monarchie ondersteund door pluimstrijkende elites. Politici en hoge ambtenaren doen er nog steeds goed aan zich met gepaste deferentie de onvermijdelijkheid van het Oranjehuis eigen te maken.’
Deze kongsi heeft de wind er ook nu nog stevig onder. Mijnhardt: ‘Behalve wat periodieke peilingen van de media is er geen recent serieus wetenschappelijk onderzoek voorhanden naar de houdbaarheid van de monarchie of de populariteit van het vorstenhuis. Klaarblijkelijk wordt dat type onderzoek in Nederland niet gepast geacht.’
Mijnhardt sluit met een visioen. ‘Ik droom vaak hoe mooi het zou zijn ons opnieuw te laten inspireren door de rijkdom van een opgefrist laat achttiende-eeuws vaderlands republikanisme en het koekoeksjong van de liberale monarchie uit ons nest te verbannen. Behalve geraffineerde dynastieke politiek en eigenbaat, respectloze omgang met constituties en vluchtig, als nationale symboliek verpakt volksvermaak, heeft de Oranjemonarchie ons weinig gebracht en bij een sociaal republikanisme hebben we veel te winnen.’ Hij citeert de republikeinse feministe Mietje Hulshoff, die zich in 1806 keerde tegen het koningschap van Lodewijk Napoleon en dat moest bekopen met twee jaar opsluiting in het Verbeterhuis (ze vertrok uiteindelijk naar de VS omdat ze ook niet onder een Oranjemonarchie wilde leven): ‘Republikeinen, doe uw plicht.’
Zo’n oproep mag niet onbeantwoord blijven. Daarom zal De Republikein in de eerstvolgende editie een aanzet leveren tot zowel een republikeinse Grondwet als tot een beginselprogramma van een nieuwe republikeinse partij in de lijn van Mijnhardt. Mis het niet!
Uit: De Republikein nr 4/2019, zie voor de gehele inhoud deze link.
René Zwaap is hoofdredacteur van De Republikein, tijdschrift voor politiek, cultuur, recht & burgerschap
Mis geen nummer meer van dit unieke kwartaaltijdschrift en neem een abonnement
You might be interested in
Journalist en schrijver Paul Damen was bij zijn dood op 13 november 2024 hoofdredacteur van De Republikein. Op de dag
De deze week verschenen nieuwe editie van De Republikein, tijdschrift voor politiek, cultuur, recht & burgerschap is een themanummer ter
Heden is verschenen de nieuwe editie van De Republikein, tijdschrift voor politiek, cultuur, recht & burgerschap. De gerenommeerde jurist-republikein Ulli
VERS VAN DE PERS
De Trump-special van De Republikein, tijdschrift voor politiek, cultuur, recht & burgerschap. Over de nachtmerrie waarin de Amerikaanse politiek is beland, een verkenning van Trumpisme en narcistisch leiderschap in Europa en recepten tegen het extreem-rechtse reveil.
Sjoerd de Jong las het spraakmakende boek Freak Kingdom. Hunter S.Thompsons Manic Ten Year Crusade Against American Fascism, waarin Timothy Denevi de in 2005 overleden journalistieke outlaw Hunter S. Thompson neerzet als een profeet van het Trump-tijdperk en tegelijkertijd als degene die al dit onheil had kunnen voorkomen als hij niet voortijdig een eind aan zijn leven had gemaakt. ‘Stel dat de legendarische gonzo-journalist nog had kunnen twitteren’, aldus de Jong, ‘had hij dan met een stroom woeste berichten van 180 tekens, getikt in het holst van de nacht en in walmen van drank en hasj, kunnen voorkomen dat Donald Trump president was geworden? Was impeachment dan niet nodig geweest? Had het gekkenhuis waarin Amerika door toedoen van de maniak-president is beland, compleet met geraas en getier over landverraad, spionage en burgeroorlog, kunnen worden voorkomen?’ Timothy Denevi lijkt het te geloven, maar De Jong toont zich minder overtuigd. Er zat meer Trump in Thompson dan men zou hopen, en in feite deed met Donald Trump Gonzo zijn intrede in het Witte Huis. De Jong breekt een lans voor de klassieke onderzoeksjournalistiek: ´Feit is dat Thompson allang school heeft gemaakt, ook in Nederland. Kranten en sites staan bol van journalisten die hun ik beschouwen als het beste knaapje om hun bloedstollende verhaal aan op te hangen. Of die als mini-Thompsons de lezer vergasten op gesjochten ontboezemingen over hun seks, drank-en drugsleven – en over de prangende vraag wie ze een racist, fascist, Gutmensch of gewoon een lul vinden. Zet Twitter op een kier en het gebrul en gejank komt je tegemoet van bloggers die zich als bronstige bavianen op de borst staan te roffelen om zich dan weer jammerend eigenhandig aan het kruis van het vrije woord te spijkeren. Tourette is in die wereld geen aandoening, maar een diploma. Dus méér gonzo, tegen de Über-gonzo in het Witte Huis? Nee, dank u´.
Boris Johnson in het Verenigd Koninkrijk, Viktor Orbán in Hongarije, Bojko Borisov in Bulgarije, Thierry Baudet in Nederland en de rij gaat nog veel verder. Maakt het Trumpisme school in Europa? Ex-Europarlementariër en schrijfster Els de Groen ging op zoek naar de Trumpisten van Europa en doet tegelijkertijd een poging tot definitie van dit politieke fenomeen. Een Trumpist, aldus De Groen, is een narcist in een leidinggevende functie. `Zoals een populist de spreekbuis wordt van een groep en groepsbelangen nastreeft en een verlicht despoot het algemeen belang wil dienen door ieders spreekbuis te zijn, zo laat een Trumpist zich leiden door eigenbelang: het enige belang dat hij kent´. Maar een narcistische leider is een contradictio in terminis. ´Het gaat om mensen met een persoonlijkheidsstoornis die anderen manipuleren, maar die op hun beurt ook weer gemanipuleerd kunnen worden door krachten achter de schermen.´
De Italiaanse dichter en mensenrechtenactivist Roberto Malini legt uit wat de Italiaanse Trump-kloon Matteo Salvini, alias ´Selfini´, beweegt: tomeloze geldingsdrang van een lege persoonlijkheid. Salvini is zeker schatplichtig aan Mussolini, die net als hij gaarne zijn viriliteit tentoonstelde in zwembroek aan het strand. ´Ondanks de lessen van beide Wereldoorlogen is Europa nog steeds gevoelig voor de propaganda van narcisten in badkleding´, waarschuwt Malini. ´Net als Mussolini benadrukken populisten en nieuw rechts de waarden van vaderland en familie, nationale tradities en “heilige grenzen”. Ze presenteren zichzelf als de vertegenwoordigers van het gewone volk en in hun vaak schreeuwend voorgedragen speeches oreren zij over rechtvaardigheid, justitie en zelfs religie. Salvini kust publiekelijk de rozenkrans en smeekt de bescherming af van de heilige maagd voor zijn politieke programma’s. Moe van slechte politiek, corruptie, de crisis van de ideologieën en waarden, raakt een toenemend percentage van burgers in de ban van zulke verhalen, gebracht door iemand die zij zien als „een man uit één stuk“. Zo verandert narcisme van een individuele conditie in een algemene, collectieve toestand´.
Gijs Korevaar sprak met de Nederlandse politicoloog Cas Mudde, die doceert aan de Universiteit van Georgia, en onlangs zijn boek The far right today presenteerde, waarin hij methoden aandraagt om de overheersing van het extreem-rechtse discours in de huidige politieke verhoudingen te doorbreken. In de ogen van Mudde is het grootste probleem van deze tijd het ideologische vacuüm waarin de liberale democratie verkeert. Tegenover het rechts-radicale geluid staat nauwelijks een aanlokkelijk alternatief. Mudde betoogt ook dat Donald Trump veel minder de outsider is in zijn eigen Republikeinse Partij dan velen vermoeden. Mudde: ‘Het is absoluut niet waar dat Trump de Republikeinse partij heeft gekidnapt. Hij werkt precies de agenda van rechts af. Republikeinen storen zich misschien wel aan zijn tweets en aan zijn vulgaire taalgebruik, maar ze zijn het wel eens met wat hij doet.´
Maurits van den Toorn verdiept zich in het fenomeen van de impeachment in de VS. Impeachmentprocedures kunnen voor praktisch alle publieke ambten worden gevoerd, zowel op federaal als op staatsniveau. Dat heeft de afgelopen twee eeuwen enkele tientallen keren tot afzettingen van rechters, ministers en gouverneurs geleid. Zo heel uitzonderlijk is de procedure dus niet, maar er is nog nooit een Amerikaanse president door een impeachment afgezet. Van den Toorn: ´Tot dusverre is er ook nog maar vier keer een impeachmentprocedure tegen een president in gang gezet: tegen James Buchanan in 1860, tegen Andrew Johnson in 1868, tegen Richard Nixon in 1974 en tegen Bill Clinton 1998. Bij Buchanan werd in 1860 een onderzoek gestart, maar ondanks de corruptie in zijn regering werden geen impeachable offenses gevonden; er kwam dus geen formele impeachment. Bij Johnson gebeurde dat wel (wegens misbruik van het ambt), maar de benodigde twee derde meerderheid in Senaat werd nét niet gehaald. Bij Nixon liep het onderzoek naar impeachable offenses, maar voor een formeel besluit kon worden genomen om daadwerkelijk over te gaan tot impeachment, hield hij de eer aan zichzelf en stapte op. Clinton kreeg geen impeachmentprocedure aan de broek wegens zijn gerommel met stagiaire Monica Lewinsky, zoals vaak wordt gedacht – dat was vooral een kwestie van slechte smaak – maar omdat hij tijdens het onderzoek daarnaar onder ede had gelogen en de rechtsgang had belemmerd. Uiteindelijk haalde het voorstel in de Senaat niet eens een meerderheid. Als overigens één Amerikaanse president een impeachment had “verdiend”, dan is het wel Ronald Reagan vanwege de Iran-Contra-affaire´.
Jelle Jeensma las zes in Nederlandse vertaling verschenen boeken vol explosieve en meestal anonieme getuigenissen die samen een onthutsend beeld schetsen van de meest controversiële president in de geschiedenis van de Verenigde Staten. In de boeken van Michael Wolff, Bob Woodward, James Comey, Craig Unger en Luke Harding blijkt de Amerikaanse politiek in een nachtmerrie beland. Het Witte Huis is in de greep van sjoemelende sjacheraars, Russische maffiosi, uitgerangeerde generaals en een president die regelmatig in razernij vervalt. Boerenslim is Trump wel. Op een doortrapte manier speelt hij de kongsi’s in zijn omgeving uit. Verdeel en heers is zijn adagium. Woodward citeert een paar keer een uitspraak van Trump: ‘Echte macht is angst’. Als Michael Wolff tegen Trump’s gewezen vertrouweling Steve Bannon zegt dat Trump kwetsbaar was omdat hij veertig jaar de baas was geweest van wat steeds meer een semi-criminele onderneming bleek te zijn, zegt die grinnikend: ‘Ik denk dat we “semi” wel kunnen laten zitten´.
Waar Lyndon B. Johnson, Richard Nixon en vooral ook George W. Bush immer konden rekenen op harde protestsongs vanuit de Amerikaanse tegencultuur, blijft het bij Donald J. Trump tot nu toe beangstigend stil uit die hoek. August Hans den Boef schrijft over een mooie traditie waar de klad in kwam, en behandelt onder meer Country Joe & The Fish, The Fugs, Frank Zappa and The Mothers of Invention en Neil Young, die speciaal voor George W. Bush het lied Let´s Impeach The President schreef, maar in het geval van Donald Trump tot nu toe mysterieus stil bleef. Ligt dat wellicht aan het feit dat de Canadese bard enige jaren terug nog in zaken wilde gaan met zijn toenmalige fan Trump, die tijdens zijn rally´s ook nog eens Youngs Keep On Rocking In The Free World door de stadions laat galmen?
In een column buigt Ries Roowaan zich over de echte Amerikaanse nachtmerrie: het eten in hotels. ´Het ontbijt bestaat in de regel uit eieren in diverse schijngestalten, fruitsalade uit blik, ranzige bacon, cornflakes, wit toastbrood, slappe koffie, aardappelen, onduidelijke worstjes en nog wat culinaire wangedrochten – een ensemble dat zich het beste laat omschrijven als een parodie op het Engelse ontbijt. Het servies en de koffiekopjes zijn van piepschuim. Voor het snijden, lepelen en prikken is de hotelgast aangewezen op vliegtuigbestek en staat voor de uitdaging met een slap plastic mes gekoelde boter op gammel toastbrood te smeren. Het is wel makkelijk opruimen: alles gaat gewoon in de vuilnisbak. Afwassen drukt immers slechts op de winst´. En dan hebben die arme Amerikanen ook nog eens de duurste gezondheidszorg ter wereld.
Hoe krijg je een uiterst stabiel genie aan het wankelen, vraagt Ricus van der Kwast zich af. Hij vreest dat de obsessie van de kritische media voor Trump het omgekeerde effect heeft. Hoe meer hij wordt bespot, des te sterker hij wordt. En dus bepleit hij een andere aanpak. ‘Trump moet meer geprezen worden, juist door zijn tegenstanders. Niet overdreven, maar gemeend, want af en toe geeft een beslissing, een grap of een gebaar van hem daar best aanleiding toe. Het zal hem uit zijn evenwicht brengen. Nuances nemen de wind uit zijn zeilen. Zonder strijd, zonder wraakgevoelens, zonder media-aandacht is The Donald als een vis op het droge. Hij zal langzaam wegkwijnen. Misschien trekt hij zich zelfs eigener beweging terug‘.
EN VERDER IN DIT NUMMER
Is het haalbaar een oordeel van de rechter uit te lokken over de vraag of de Koning te veel (onverenigbare) bevoegdheden heeft? Die vraag legde het Republikeins Genootschap voor aan de jonge jurist Ewout Jansen, ex-adviseur van de Hoge Raad en ook bekend als cabaretier. Tegenover De Republikein licht Jansen zijn onderzoek toe. Hij wijst erop dat de Koning voorzitter is van de Raad van State, die de regering adviseert over wetgeving. Daarnaast staat de Koning aan het hoofd van de regering. Jansen: ‘Als voorzitter van de Raad van State adviseert de Koning dus zichzelf. Bovendien benoemt en ontslaat de Koning de leden van de regering. Ook alle rechters in Nederland moeten worden benoemd en ontslagen door de Koning. Daarnaast is de Raad van State – behalve een adviesorgaan over wetgeving – ook de hoogste bestuursrechter in Nederland’. Hij concludeert: ‘Wie niets weet van de theorie en de praktijk van Nederlandse staatsinrichting en enkel de Grondwet leest, kan niet anders dan concluderen dat de Koning de absolute macht heeft in Nederland´.
In zijn redactionele inleiding staat De Republikein-hoofdredacteur René Zwaap stil bij de indrukwekkende rede die hoogleraar vergelijkende wetenschapsgeschiedenis Wijnand W. Mijnhardt hield bij zijn afscheid van de Universiteit van Utrecht. Mijnhardt bepleitte bij die gelegenheid eerherstel voor de Bataafse Republiek en reanimatie van het republikeinse gedachtengoed in Nederland. Mijnhardt: ´Ik droom vaak hoe mooi het zou zijn ons opnieuw te laten inspireren door de rijkdom van een opgefrist laat achttiende-eeuws vaderlands republikanisme en het koekoeksjong van de liberale monarchie uit ons nest te verbannen. Behalve geraffineerde dynastieke politiek en eigenbaat, respectloze omgang met constituties en vluchtig, als nationale symboliek verpakt volksvermaak, heeft de Oranjemonarchie ons weinig gebracht en bij een sociaal republikanisme hebben we veel te winnen.’ Zo’n oproep mag niet onbeantwoord blijven, aldus Zwaap. ´Daarom zal De Republikein in de eerstvolgende editie een aanzet leveren tot zowel een republikeinse Grondwet als tot een beginselprogramma van een nieuwe republikeinse partij in de lijn van Mijnhardt. Mis het niet!´
In zijn vaste column voor De Republikein staat Roel van Duijn stil bij het 50-jarige jubileum van de Kabouterbeweging, die in Amsterdam met de Kabouterpartij in 1970 zijn intrede maakte in de gemeenteraad en ook de Oranjevrijstaat in het leven riep, vrij van koningshuis en consumptiemaatschappij. De boodschap van de Kabouters heeft niet aan zeggingskracht ingeboet en maakt anno 2019 internationaal school.
Incompetentie is de koning van de doofpot, aldus de analyse van onze huisjurist H.U. Jessurun d´Oliveira van de estafette van lek- en lakschandalen bij de diverse Haagse departementen, waar ambtenaren die uit de school klappen over misstanden op de ambtelijke werkvloer worden beschuldigd van schending van het ambtsgeheim en worden verketterd. Inmiddels haalde minister Grapperhaus van Justitie bakzeil met zijn voornemen om een ambtenaar die had gelekt over onrechtmatige beïnvloeding van het WODC te vervolgen. Jessurun d´Oliveira neemt het voor de klokkenluiders op. Sterker nog: ´Ambtenaren hebben soms de plicht aangifte te doen van ambtsmisdrijven‘. Hij gaat ook in op de schandalen rond de onrechtmatige stopzetting van kinderopvangtoelagen bij de Belastingdienst en bij de verdachte toestanden op Buitenlandse Zaken, waar ambtenaren weer niet genoeg weglakten uit WOB-documenten, zodat plotseling bekend werd dat het ministerie strijdgroepen in het buitenland ondersteunt die volgens het Openbaar Ministerie als terroristische organisaties worden gebrandmerkt.
In zijn vaste column voor De Republikein verdiept historicus Gerard Aalders zich ditmaal in de mededeling van de Rijksvoorlichtingsdienst dat de koning op buitenlandse handelsmissies de ene na de andere miljardenorder binnensleept voor het nationale bedrijfsleven.
Ries Roowaan schrijft over Nigel Farage, de Britse Trump-kloon die de Britten opscheepte met Brexit, maar wiens eigen politieke loopbaan dankzij het districtenstelsel nooit verder reikte dan het Europees Parlement.
Waarom hullen officieren van justitie, verdedigers en rechters zich nog steeds in middeleeuwse geleerdenkleding? ´Uit die toga´s!´, bepleit classicus Anton van Hooff. ´In de openbare ruimte dienen uniformen ter (h)erkenning van gezagsdragers, maar in de rechtszaal is geen misverstand mogelijk. Daar leiden de toga’s tot een misplaatst afdwingen van respect en het misverstand dat aanklagers en advocaten tot de rechterlijke macht behoren´.
In de rubriek Appeltjes van Oranje aandacht voor de erotische escapades van Prins Hendrik, de grootste schuinsmarcheerder die het Nederlandse koningshuis heeft voortgebracht. Het seksschandaal rond de Britse prins Andrew verbleekt bij de levenswandel van prins Hendrik, die zich niet alleen bediende van prostitue(e)s van beiderlei kunne, maar zich ook nog eens vergreep aan de jeugdige padvinders waar hij als erevoorzitter van de Nederlandse scouting makkelijk toegang toe had. ´Het leven van prins Hendrik was één groot seksschandaal´.
‘Impeach de koning!’ In zijn vaste column buigt Republikeins Genootschap-voorzitter Hans Maessen zich over de wenselijkheid dat de Nederlandse Grondwet zou voorzien in een afzetclausule voor de koning. Willem-Alexander voldoet royaal aan de voorwaarden: ´Hij vangt dubbele inkomsten voor zijn meubeltjes, declareert verkeerd, maakt misbruik van hem ter beschikking staande gebouwen en voertuigen, verkoopt staatseigendom voor eigen gewin, enzovoort. Iedere andere burger dan de koning zou voor dergelijke vergrijpen gegarandeerd voor schut gaan´.
Twee boekbesprekingen completeren dit nummer. Maurits van den Toorn bespreekt Mathijs van de Waardts biografie van Dirk Donker Curtius, De man van 1848. Donker Curtius (1792-1864) was zowel een politieke straatvechter als een heer, zowel een republikein als een vertrouweling van koning Willem II. Zijn bijdrage aan het slagen van de Grondwet van 1848, die de absolute monarchie aan banden legde, werd schromelijk onderschat ten gunste van de mythe rond Thorbecke, maar Van de Waardt vult deze lacune voorbeeldig op.
Paul Damen las Rutger Bregmans De meeste mensen deugen met stijgende ergernis. ´Bregmans boek doet nogal denken aan een aflevering van Discovery Channel´, merkt hij op. ´Na Bregmans boek is mij nog steeds niet duidelijk welke mensen deugen, en waarom. Alleen weet ik wél: dit boek deugt voor geen donder´.
Plus: de Blik van Joep Bertrams, illustraties van Gabriel Kousbroek en cartoons van Ardy Beld.
Nr. 4/2019 van ‘De Republikein, tijdschrift voor politiek, cultuur, geschiedenis & burgerschap’ is te koop bij de geselecteerde boekhandel of na te bestellen bij de uitgever via klantenservice@virtumedia.nl. Mis geen nummer meer van dit unieke kwartaaltijdschrift en neem een abonnement.
You might be interested in
Ulli d’Oliveira Er komt een opgefriste ambtseed voor rijksambtenaren. Het kabinet heeft het aannemen van een motie van het
Journalist en schrijver Paul Damen was bij zijn dood op 13 november 2024 hoofdredacteur van De Republikein. Op de dag
In dit zomernummer van De Republikein wordt de vraag naar de republikeinse zaak omgedraaid: stel dat de Oranjes vertrokken zijn,
Alternatieven voor Duitsland
Tekst: René Zwaap
Illustratie: Joep
2019 is voor Duitsland het jaar van de ronde getallen. Honderd jaar na de oprichting van de republiek van Weimar. Tachtig jaar na het begin van de Tweede Wereldoorlog met de Duitse invasie in Polen. Dertig jaar na de val van de Berlijnse Muur. Dwars door al deze jubilea heen duiken spoken uit het Duitse verleden op die kort geleden nog uitgebannen leken. Met het nakende afscheid van Angela Merkel als kanselier lijkt de politieke doos van Pandora zich te openen. De opmars van de rechtspopulistische Alternative für Deutschland lijkt onstuitbaar, en verontrustend mag worden genoemd hoeveel officieren van de Bundeswehr zich actief inzetten voor deze partij van het ressentiment.
Stephan E., de vermoedelijke moordenaar van CDU-politicus Walter Lübcke, die in rechtsextreme kringen innig gehaat werd vanwege zijn engagement voor asielzoekers, deed in 2016 volgens een bericht in Der Spiegel nog een gift van 150 euro aan de AfD-verkiezingskas onder vermelding van ‘Gott segne euch’. Alarmerend is ook de stormachtige groei van de Reichsbürger-beweging, die in twee jaar tachtig procent meer aanhangers wist te vergaren met een politiek programma dat het bestaan van de Bondsrepubliek Duitsland afwijst. Deze Reichsbürger weigeren belasting af te dragen aan een in hun ogen onwettige staat en beschikken over eigen wapenarsenalen en een ondergronds leger dat niet voor aanslagen terugdeinst.
Honderd jaar geleden is het ook dat in Berlijn Rosa Luxemburg en Karl Liebknecht werden vermoord. Het lijk van Rosa Luxemburg, de grootste geest in het revolutionaire Duitsland, werd van een brug gesmeten en pas weken later uit het Landwehrkanal gedregd. Nog altijd is de dubbele moord door geheimzinnigheid omgeven. Duidelijk is dat niet alleen extreem-rechts, maar ook de socialistische SPD er een rol in speelde. De socialist Gustav Noske, alias ‘de bloedhond’, de eerste minister van Marine en Leger van de Republiek van Weimar, ging hier een monsterverbond aan met de meest duistere reactionaire krachten om de oude orde te beschermen.
In 1969 schreef de historicus Sebastian Haffner: ‘De moord van 15 januari 1919 was een voorspel – een voorspel van de duizendvoudige moorden van de Noske-tijd, tot de miljoenvoudige moorden in de daaropvolgende decennia van de Hitler-tijd. Het was het startsein van alle andere. En juist deze is nog altijd onopgehelderd, nog altijd onbestraft en nog altijd onverwerkt. Daarom jankt hij nog altijd naar de Duitse hemel. Daarom stuurt hij nog altijd een verzengend licht in het Duitse heden, als een dodelijke laserstraal’.
Die dodelijke laserstraal licht anno 2019 weer op in Duitsland, en heel Europa knippert met de ogen. Tegelijkertijd is dit Duitsland nog altijd drager van de hoop. Neem bijvoorbeeld de utopische vergezichten van de Berlijnse politicologe Ulrike Guérot, die ervoor pleit de Europese Unie om te bouwen tot één grote republiek van gelijkberechtigde wereldburgers waarin voor nationalisme geen plaats meer is. In haar bevlogen boeken klinkt het poëtische humanisme van Rosa Luxemburg nog door. Republikeins Nederland zou er goed aan doen zich bij dat geluid uit Duitsland aan te sluiten.
(Redactionele inleiding van de Duitsland-special van De Republikein nr 3 jaargang 2019).
You might be interested in
Journalist en schrijver Paul Damen was bij zijn dood op 13 november 2024 hoofdredacteur van De Republikein. Op de dag
De deze week verschenen nieuwe editie van De Republikein, tijdschrift voor politiek, cultuur, recht & burgerschap is een themanummer ter
Heden is verschenen de nieuwe editie van De Republikein, tijdschrift voor politiek, cultuur, recht & burgerschap. De gerenommeerde jurist-republikein Ulli
Verrijkt met vaste columns van niemand minder dan historicus Gerard Aalders (uitverkozen tot Republikein van het Jaar 2018) en de legendarische politieke vernieuwer Roel van Duijn (oprichter van Provo, de Kabouters, Oranje Vrijstaat, De Groenen en auteur van een imposant oeuvre) presenteert kwartaaltijdschrift De Republikein – het snelst groeiende tijdschrift van Nederland – nr. 3 van alweer de 15e jaargang. Aalders behandelt de fiscale mores van de Oranje-clan en signaleert dat Máxima als grootgrondbezitter in Argentinië al behoorlijk is geïntegreerd bij haar zuinige schoonfamilie.
Veel aandacht deze keer voor Duitsland, het land dat als geen ander beslissend is voor de toekomst van Europa. Honderd jaar na de oprichting van de republiek van Weimar, tachtig jaar na het begin van de Tweede Wereldoorlog en dertig jaar na de Val van de Muur lijkt de politieke doos van Pandora weer te openen bij de oosterburen. Is de moord op CDU-politicus Walter Lübcke door een aanhanger van Alternative für Deutschland het startsein voor een nieuwe Duitse tragedie? Of weet het land zich ook na het vertrek van Angela Merkel te handhaven als de middelpuntvliedende kracht van een humanistisch en klimaatvriendelijk Europa? Dat zijn de vragen waar een keur van auteurs zich in dit nummer aan waagt.
De hechte band tussen het voormalige keizerlijke huis Hohenzollern en Hitler staat weer volop in de schijnwerpers met de claim die prins Georg van Pruisen van de Hohenzollern-clan legde op tal van paleizen en kunstvoorwerpen in bezit van de Duitse overheid. De Hohenzollerns eisen restitutie van door de DDR onteigend bezit. Zo vordert prins Georg eeuwig woonrecht voor zijn familie van het paleis Cecelienburg in Potsdam, het 174 kamers tellende slot waar in 1945 met de conferentie van Potsdam de toekomst van naoorlogs Duitsland werd bezegeld. De Duitse wet laat voor de claim echter geen ruimte als bewezen kan worden dat het Pruisische vorstengeslacht een vitale rol speelde in het Derde Rijk. Volgens de gerenommeerde Duitse historicus Stephan Malinowski, auteur van een standaardwerk over de samenwerking tussen de Duitse royalty en de NSDAP, leidt het geen twijfel dat de Hohenzollerns een belangrijke steunpilaar waren voor Hitler. De historicus werd echter door prins Georg, de achter-achter-kleinzoon van de laatste Duitse Kaiser Wilhelm II, voor de rechter gedaagd, net als de regering van de deelstaat Brandenburg, dat de eerste claim van de prins à raison van 1,2 miljoen euro had afgewezen. Beide processen moeten nog voor de rechter worden uitgevochten. Daarmee wordt de positie van de Duitse royalty in het Derde Rijk straks inzet van een grote juridische krachtmeting, schrijft hoofdredacteur René Zwaap van De Republikein. In hetzelfde artikel aandacht voor het huis van Lippe, het Duitse adellijke geslacht dat met 21 nazi’s in de gelederen gerust als Hitlers hofleverancier kan worden gezien. Een van hen was de latere prins der Nederlanden Bernhard zur Lippe-Biesterfeld, die volgens naspeuringen van auteur Albert van der Schoot nog lid was van de NSDAP toen hij op 5 januari 1937 in Den Haag in Den Haag zijn aanstaande huwelijk vierde met kroonprinses Juliana. Van der Schoot onderzocht in zijn boek Kapitein Walther Boer en het galaconcert hoe het toch mogelijk was dat tijdens deze plechtige viering het nazistische Horst Wessellied ten gehore kon worden gebracht door het Haagse Residentieorkest, terwijl de Duitse gasten de Hitler-groet brachten. Volgens Van der Schoot is er maar één conclusie mogelijk: het was koningin Wilhelmina zelf die het groene licht gaf voor deze Nederlandse knieval voor het Derde Rijk. Ook ontdekte Van der Schoot dat niet alleen dirigent Peter van Anrooy, maar ook Sam Swaap, de joodse concertmeester van het residentieorkest, openlijk heeft geprotesteerd tegen het spelen van het nazilied.
In zijn debuut als vaste columnist van De Republikein buigt Roel van Duijn zich over de mogelijkheid dat Duitsland straks een groene kanselier krijgt. ‘Het zou een wonder zijn als het in dit land lukt, maar alles wijst erop dat dit wonder dichterbij komt’, schrijft Van Duijn. Hij heeft ook een tip voor de persoon die Merkel namens de Grünen zou kunnen opvolgen: de trefzekere voorzitter van de fractie in de Bondsdag, Katrien Goering-Eckhardt.
De moord op CDU-politicus Walter Lübcke doet het ergste vrezen voor de status van naoorlogs Duitsland als humanitair en democratisch gidsland, schrijft voormalig europarlementariër en auteur Els de Groen. In Dresden en Chemnitz ontluikt een neofascisme dat de stabiele armoe van Honecker idealiseert. De Groen wijst op de gevaren van de ‘Ostalgie’ en staat stil bij de moord op Lübcke, die bekend stond om zijn ruimhartige houding jegens vluchtelingen. Els de Groen: ‘Het is de eerste naoorlogse politieke moord in Duitsland uit rechts-extreme motieven. Duitsland huivert. In het gepolariseerde klimaat – voor en tegen migratie – lopen de spanningen op. Eigenlijk is er sprake van een dubbele crisis. Klimaat als luchtgesteldheid lijdt onder overconsumptie door mensen die het goed hebben, terwijl het sociale klimaat te lijden heeft onder migratie van mensen die het slecht hebben. Het zijn kwesties die bij voorkeur samen opgelost moeten worden, maar dat vereist een Wende veel ingrijpender dan die uit 1989’.
In een kingsize verhaal van schrijfster Katarina Holländer wordt de lezer meegenomen naar begraafplaats Friedrichsruh in de gemeente Aumühle bij het Saksenwoud, alwaar het mausoleum van de ‘IJzeren Kanselier’ Otto von Bismarck dwars door de decennia heen een magische aantrekkingskracht heeft uitgeoefend op foute Duitsers. De begraafplaats blijkt de spiegel van een ganse natie. Hitlers opvolger admiraal Dönitz ligt hier begraven, als ook Georg Ritter von Schönerer, die als een van Hitlers grootste inspiratiebronnen geldt. De begraafplaats is daardoor veranderd in een bedevaartsoord voor neonazi’s en aanhangers van de AfD. Maar ook de RAF had op de begraafplaats een geheim wapendepot. Daarnaast blijkt de onder mysterieuze omstandigheden om het leven gekomen CDU-president van Sleewsijk Holstein Uwe Barschel in Aumühle innige banden te hebben onderhouden met admiraal Dönitz, die het laatste deel van zijn leven in Aumühle sleet, en was de laatste kampcommandant van Auschwitz jaren ondergedoken bij de Von Bismarcks op Friedrichsruh.
Roel van Duijn stuitte in Fulda, de kleine Duitse stad tussen Berlijn en Frankfurt am Main, op een monument voor de Nederlandse koning Willem I, voluit Willem Frederik van Oranien-Nassau (1772-1843), die na de vlucht van zijn vader stadhouder Willem V door Napoleon deze voormalige bisschopsstaat, een kleine vier jaar als compensatie had toegewezen gekregen, samen met Dortmund, Corvey en Weingarten. Een verzameling van kruimelstaatjes die tezamen de pompeuze titel Fürstentum Oranien-Nassau kregen. Een geschenk van de grote Bonaparte aan een verjaagde prins. ‘Waarom in hemelsnaam, kwam de almachtige Franse heerser van Europa op het idee de balling deze op het eerste gezicht bizarre geschenken te geven?’, vraagt Van Duijn zich af. Fulda blijkt de oefenschool van deze verlichte despoot geweest, maar daar, in dat gesloten katholieke staatje, heeft hij nu een aanmerkelijk positievere indruk achtergelaten dan in het huidige Nederland. ‘Ach, had hij maar in Fulda kunnen blijven’, verzucht Van Duijn.
Raymond van den Boogaard bekeek de Duitse superproductie Babylon Berlin, de duurste tv-serie ooit in Europa vervaardigd, waarin de republiek van Weimar met al zijn intriges en interne spanningen herrijst. Van den Boogaard vergelijkt de serie met Rainer Werner Fassbinders legendarische Berlin Alexanderplatz en ziet de opwindende serie als een vorm van postuum eerherstel voor Weimar. ‘Binnen deze nieuwe context wordt de Weimarrepubliek niet langer als een te mijden vreselijk voorbeeld gezien, maar meer als een democratisch Duits experiment dat misschien ook anders en beter had kunnen aflopen’.
Ries Roowaan schrijft over het succes van de Duitse vertaling van J.J. Voskuils ‘soap voor intellectuelen’ Het Bureau. Lang gold Het Bureau onder Duitse uitgevers als onvertaalbaar en te Nederlands. Vertaler Gerd Busse legde zich daar niet bij neer. Ook de oosterburen kunnen nu kennismaken met de ambivalente verhouding van Voskuil tot het Oranjehuis. Vooral een scène waarin toenmalig kroonprinses Beatrix als sekssymbool van een van de hoofdpersonages van het kantoordrama fungeert, werkt ook in het Duits hoogst intrigerend.
Lodewijk Brunt maakt in een lange bespreking korte metten met Ad van Liempt’s veelgeprezen biografie van kampcommandant Gemmeker van het kamp Westerbork. Van Liempt promoveerde bij de Rijksuniversiteit Groningen op dit boek, maar volgens emeritus hoogleraar Brunt heeft de universiteit zichzelf met de promotie danig voor schut gezet. Brunt over het proefschrift van Van Liempt: ‘Een promotiecommissie van enig niveau zou zijn werkstuk pertinent hebben geweigerd als dissertatie. Het project-Gemmeker is gebaseerd op een grote en grove leugen, namelijk dat Ad van Liempt de eerste zou zijn geweest die een biografie schreef over Gemmeker. Zijn voorgangers worden onder de grond geschoffeld, alsof ze nooit bestaan hebben. Hij beklaagt zich over het vele leeswerk dat hij heeft moeten verrichten voor zijn werkstuk, maar al dat leeswerk was al door anderen gedaan, hij heeft er niets inhoudelijks aan bijgedragen. Liefdeloos knip- en plakwerk. De dissertatie is onder de maat, in ieder denkbaar opzicht. Slordig en rommelig, zonder lijn of structuur, geen enkele originele gedachte. Alles wat hij te berde brengt over Gemmeker en het kamp Westerbork, vind je bij eerdere auteurs uitvoerig terug, maar stukken beter: beter geschreven, beter doordacht, beter gedocumenteerd’.
EN VERDER IN DIT NUMMER
Auteur August Hans den Boef buigt zich over drie recente gevallen van ‘Oranje onfatsoen’. De manier waarop koning Willem IV tegenover NOS-koninklijk huis-verslaggeefster Kysia Hekster het omstreden gesprek van Máxima met de Soedische kroonprins Mohamed Bin Salman verdedigde, maakte in de ogen van De Boef een klucht van de ministeriële verantwoordelijkheid. Gerard van der Zwan buigt zich over hetzelfde omstreden gesprek van Máxima en komt tot de conclusie dat Den Haag zijn campagne om uit te groeien tot de hoofdstad van het internationaal recht wel op de buik kan schrijven. ‘Het streven Nederland als rechtsstaat te positioneren en Den Haag als juridische hoofdstad van de wereld verhoudt zich niet met pogingen tot het publicitair witwassen van foute regimes’.
Is in de ‘Minder Marokkanen’-zaak tegen Geert Wilders inderdaad de trias politica geschonden? Emiritus-hoogleraar H. U. Jessurun d’Oliveira maakt een eind aan een hardnekkig misverstand. ‘Het Openbaar Ministerie, dat beslist over het al dan niet vervolgen van zaken, is gewoon een orgaan van de uitvoerende macht. Weliswaar is het op een zekere afstand van de dagelijkse politiek van het ministerie gezet, maar het is de minister die verantwoordelijk is voor het OM. Daarom kan de minister ingrijpen en opdrachten geven’. Toch vermoedt hij dat er in de zaak koppen zullen rollen.
Tot 1970 bestond er in Nederland stemplicht. Anton van Hooff zou die graag heringevoerd zien, maar niet met boetesystemen of andere dwingelandij. Er zijn zoveel creatievere manieren om de burger naar het stemhokje te bewegen, meent hij.
Maurits van den Toorn bespreekt het boek Het verhaal van de grondwet; zoeken naar wij van de Leidse hoogleraar Staatsrecht Wim Voermans. 189 van de 193 lidstaten van de Verenigde Naties beschikken inmiddels over een geschreven grondwet, maar een garantie voor democratie is dat niet. Ook Noord-Korea, China en andere landen van twijfelachtig democratisch allooi hebben er een. Het Verenigd Koninkrijk, ondanks alles toch een democratie, doet het juist zonder. Voermans schreef er een meeslepend boek over.
Het is voor aanhangers van de republikeinse gedachte in Nederland nog altijd onverteerbaar dat PvdA-premier Joop den Uyl in 1976 besloot prins Bernhard in het Lockheed-schandaal de hand boven het hoofd te houden. In de nieuwe Den Uyl-biografie De Gedrevene reconstrueert journalist en historicus Dik Verkuil de affaire die het koninkrijk op zijn grondvesten deed trillen. Gijs Korevaar sprak met hem. ‘Den Uyl was een beetje bang voor Bernhard’.
Voor zijn spektakelstuk Willem van Oranje trok theatermaker Ab Gietelink van het toneelgezelschap Nomade naar Dillenburg, het Duitse stamslot van de Vader des Vaderlands, en probeerde hij zich te verplaatsen in de volstrekte misère die De Zwijger daar na het aanvankelijke mislukken van de Opstand moet hebben ondergaan. Gietelink vindt de wijze waarop de Nederlandse politiek zich nu afkeert van het Catalaanse onafhankelijkheidsstreven en het referendum in hoge mate in tegenspraak met alles waarvoor Willem van Oranje stond.
De column van Republikeins Genootschap-voorzitter Hans Maessen is dit keer gewijd aan de Queen en Brexit.
Illustraties van Joep, Fredie Beckmans en Gabriel Kousbroek
Nr. 3/2019 van ‘De Republikein, tijdschrift voor politiek, cultuur, geschiedenis & burgerschap’ is te koop bij de geselecteerde boekhandel of na te bestellen bij de uitgever via klantenservice@virtumedia.nl. Mis geen nummer meer van dit unieke kwartaaltijdschrift en neem een abonnement.
You might be interested in
Ulli d’Oliveira Er komt een opgefriste ambtseed voor rijksambtenaren. Het kabinet heeft het aannemen van een motie van het
Journalist en schrijver Paul Damen was bij zijn dood op 13 november 2024 hoofdredacteur van De Republikein. Op de dag
In dit zomernummer van De Republikein wordt de vraag naar de republikeinse zaak omgedraaid: stel dat de Oranjes vertrokken zijn,
Commentaar: Voorbij Baudet
De komeetachtige transformatie van Forum voor Democratie bij de Statenverkiezingen van een groezelig bierkelder-gezelschap tot de grootste partij in de Eerste Kamer heeft een schokgolf veroorzaakt – en terecht. Het is schokkend te zien hoe kwetsbaar een gevestigde democratie in het digitale tijdperk is geworden voor primaire impulsen. Welbeschouwd zijn niet de dolgedraaide gymnasiast Thierry Baudet en de louche advocaat T. Hiddema de glorieuze overwinnaars van deze verkiezingen, maar een zekere Gökmen T., die door zijn pistool leeg te schieten in een Utrechtse tram het hele politieke landschap van Nederland voor de komende jaren grondig heeft verbouwd.
De opmerkelijke hardnekkigheid waarmee de bevoegde autoriteiten de gruweldaad van dit ontspoorde individu hebben versleten voor een terroristische actie is vermoedelijk in hoge mate debet aan de politieke ‘melt down’ die zich vervolgens heeft afgespeeld. Kennelijk hebben instanties als de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) zoveel behoefte aan meer budget dat zij zich deze kans niet wilden laten ontglippen. Door de gedachte aan een terroristische aanslag nadrukkelijk levend te houden, tegen al gezond verstand in, zetten zij de poort wagenwijd open voor het Paard van Troje van Baudet.
De laatste kon aan het eind van de uitslagenavond zijn overwinning vieren met een potsierlijke speech, waarbij hij het niet kon laten een hommage in te bouwen aan Jean Marie le Pen (een man zo fout dat zelfs zijn eigen dochter hem niet publiek durft te citeren) en het bestond ook het broeikaseffect te ontkennen. Wat betreft dat laatste: reeds zestig jaar geleden waarschuwde de fysicus Edward Teller voor het opwarmen van de aarde door het verbranden van fossiele brandstoffen. Nu was Teller uitvinder van de atoombom en de waterstofbom, dus legt diens oordeel iets meer gewicht in de schaal dan dat van de boreale Baudet, wiens conduitestaat op natuurfysisch gebied gebied niet verder gaat dan de uitvinding van de ego-bom. Mocht Nederland in het loop van deze eeuw tot aan de Veluwe onder water lopen, zullen er heel wat FvD-stemmers verhaal bij Baudet komen halen, maar deze is dan vermoedelijk al liggend op zijn vleugel weggepeddeld naar veiliger oorden.
Verongelijke romanticus
Is Nederland nu ook in de greep gekomen van een nieuwe fascistoïde golf? Vele commentaren wijzen in die richting. Ja, Baudet flirt met het gedachtegoed van Oswald Spengler, de favoriete filosoof van de nazi’s, overal ziet hij een links complot, met zijn nationalistische anti-Brussel-agenda kan hij zo in de rij aansluiten bij het extreem-rechtse reveil van Boedapest tot Berlijn. Maar in de kern is hij toch vooral de verongelijkte romanticus, die zijn Weltschmerz heeft opgeblazen tot een politieke agenda.
Baudet’s verschijning op het politieke toneel is in de kern oud-Hollands schuifdeurentoneel. Ook in die zin is hij de rechtmatige erfgenaam van Pim Fortuyn. Blijkbaar bestaat er bij het Nederlandse electoraat een enorm zwak voor politieke dandy’s met Messias-achtige aandriften. Dit type politici doorbreekt de verveling en maakt politiek tot een spektakelstuk. Ze hebben een magnetische aantrekkingskracht op al evenzeer rancuneuze types, van wie er in Nederland genoeg rondlopen. Zo werd Fortuyn geadopteerd door de onroerend goed-patjepeeër Harry Mens, en Baudet en Hiddema op het schild gehesen door de nationale zeiksnor Johan Derksen. Een beetje fascistische partij heeft echter knokploegen, een anti-democratische agenda en nare vlaggen. Thierry Baudet doet het vooralsnog met Mozart-Kugeln en zakjes lavendel. De ervaring met de LPF leert bovendien dat dit soort partijen te maken hebben met een turbo-verdampingsgraad. Aangestuurd als ze worden door de hitte van het moment, vallen ze in de regel al snel ten prooi aan de ondraaglijke lichtheid van het bestaan. Politiek is nu eenmaal geen opera.
Ruimte voor referendum
Dus wordt het tijd de zegeningen te tellen. 79 procent van het Nederlandse electoraat stemde afgelopen woensdag niet op een rechts-nationalistische partij. Tegelijkertijd is er in de Eerste Kamer nu opeens alle ruimte ontstaan voor een herinvoering van het referendum. Zoals bekend maakte D66-minister van Binnenlandse Zaken Kajsa Ollongren verleden jaar een eind aan het raadgevend referendum. Maar tegelijkertijd kondigde ze een wedergeboorte van de volksraadpleging aan, en wel via een bindend referendum. Zowel FvD als de PVV zijn grote voorstanders van een bindend referendum naar Zwitsers model, natuurlijk omdat zij hopen dat zij op die manier hun capaciteiten als rattenvangers van de publieke opinie optimaal denken te kunnen benutten. Maar wat als dat nu niet zo is? Wat als het te raadplegen volk verstandiger is dan de politici die denken het te kunnen manipuleren? In Zwitserland, dat strikt per referendum wordt geregeerd, is dat nu al jaren het geval. Telkens probeert de Schweizerische Volkspartei (SVP) – de politieke broedbroeder van PVV en FvD – met allerlei xenofobische voorstellen het soevereine stemvolk te verleiden. Telkens weer krijgt zij het deksel op de neus. Het goed geïnformeerde Zwitserse electoraat lijkt inmiddels onkwetsbaar geworden voor de populistische verleiding. In het al evengoed opgeleide Nederland zou hetzelfde mogelijk moeten zijn. Voorwaarde is dan wel dat er veel zal moeten worden geïnvesteerd in de bescherming van het publiek tegen propaganda en manipulatie. Alle goedwillende, non-destructieve krachten zullen moeten worden gemobiliseerd. Dan liggen alle wegen open voor een grondige verbouwing van het Nederlandse bestel. Spreiding van kennis, macht en inkomen – die nooit in vervulling gekomen droom van Joop den Uyl – zou dan toch nog binnen handbereik komen. Daarmee zou een nationaal politiek trauma uit de weg geholpen zijn en een kweekvijver voor toekomstige populistische rattenvangers drooggelegd. De traditionele liberaal-conservatieve old boys networks zouden dan immers buitenspel staan. En wie weet, als definitief bewijs voor het bezwijken van de oude orde, zou zelfs de herrijzenis van de Nederlandse republiek mogelijk zijn. Deze betreurenswaardige episode met Thierry Baudet zou uiteindelijk niet meer om het lijf blijken te hebben dan een curieuze pauze-act.
Tekst: René Zwaap
Illustratie: Joep
You might be interested in
Journalist en schrijver Paul Damen was bij zijn dood op 13 november 2024 hoofdredacteur van De Republikein. Op de dag
In dit zomernummer van De Republikein wordt de vraag naar de republikeinse zaak omgedraaid: stel dat de Oranjes vertrokken zijn,
Het Lockheed-schandaal dat Nederland vanaf de zomer van 1976 jarenlang op zijn kop zette, draaide om corruptie, smeergeld en wapenhandel.
In nummer 1/2019 van De Republikein uitgebreid aandacht voor de ontwikkelingen in Frankrijk met de opstand van de ‘gele hesjes’ en de wankele positie van president Macron. Is de protestbeweging de rechtmatige opvolger van de ‘sans-culottes’ van de Franse Revolutie of herhaalt de geschiedenis zich hier als klucht?
Correspondent Peter Vermaas van NRC-Handelsblad bericht exclusief voor De Republikein vanuit Parijs over de parallellen tussen Macron en Lodewijk XVI, en signaleert opmerkelijk restauratieve, zo niet reactionaire tendensen bij de ‘gilets jaunes’, die Macron kritiseren vanwege zijn monarchale regeerstijl maar binnen wier gelederen stemmen opgaan voor herstel van de Franse monarchie. De troonpretendenten van de families Bourbon, D’Orléans en Bonaparte staan al te trappelen in de coulissen.
Sarah Verroen schrijft in een column vanuit Arles over de romantiek van de opstand der gele hesjes. Het is moeilijk niet meegesleept te worden door de intensiteit van het brede volksverzet, schrijft zij.
Staat Frankrijk anno 2019 voor een zelfde kolossaal breekpunt als 230 jaar geleden met de Franse Revolutie? Ricus van der Kwast vergelijkt de gele hesjes van nu met de sans-culottes van destijds en komt tot ontnuchterende conclusies. ‘Het protest heeft geen rationele basis’, oordeelt Van der Kwast. ‘We zien hier het instinct aan het werk van een klasse die zich vastklampt aan zijn verworvenheden, en daarvan geen millimeter wil wijken. Zelfs niet als er een planeet op het spel staat’. Hij pleit voor een normalisering van het Franse presidentschap in een nieuwe republiek, die alweer de zesde in rij zou zijn in Frankrijk.
René Zwaap las het recent verschenen standaardwerk Revolutionaire ideeën, een intellectuele geschiedenis van de Franse revolutie van de vermaarde Britse historicus Jonathan Israel. Deze verzet zich tegen het wijdverbreide beeld dat de Verlichtingsidealen van de Franse Revolutie onvermijdelijk moesten culmineren in de Terreur van Robespierre. In de visie van Jonathan Israel was het Jacobijnse schrikbewind niet het onvermijdelijke gevolg van de democratisch-republikeinse revolutie van 1789, maar het absolute tegendeel ervan. ‘In principieel opzicht was Robespierre de tegenspraak van de Revolutie en niets anders dan de antithese van de Verlichting’, aldus de historicus in deze recent verschenen vertaling van zijn werk.
De Hongaarse filosofe Ágnes Heller stond in Zürich stil bij de 100-jarige herdenking van de moord op Rosa Luxemburg en besteedde daarbij ook aandacht aan de visie van de legendarische activiste op de Franse Revolutie, die deze omschreef als ‘een bloedige en volledig zinloze farce’.
Markies de Sade was gevangene in de Bastille, werd na zijn bevrijding lid van de wetgevende Nationale Conventie en ontsnapte op een haar na aan de guillotine omdat hij in de ogen van Robespierre als tegenstander van de doodstraf te gematigd was. Maar was de libertijn de republiek echt een warm hart toegedaan? Solange Leibovici heeft zo haar bedenkingen.
Raymond van den Boogaard vraagt zich af of nog er rek zit in het beeld dat de Fransen meedragen van Robespierre, de belichaming van de bloedige terreur tijdens de Franse revolutie. In zijn recente biografie schildert Marcel Gauchet het dilemma van Robespierre als een typisch Frans politiek probleem: de moeizame omzetting van een voortreffelijk programma in praktisch beleid.
Het idee van de markies van Condorcet (1743–1794) – een der dragende figuren van de Franse Revolutie – om het koningschap uit te besteden aan een machine, is zeer uitvoerbaar geworden, betoogt Manuel Kneepkens. Meindert Fennema beschrijft hoe Condorcet als voorvechter van gelijke rechten voor vrouwen en afschaffing van de slavernij ook het slachtoffer kon worden van de revolutionaire Terreur.
De Franse revolutie was in grote mate een vrouwenzaak. Proto-feministes als Olympe de Gouges, Pauline Léon en Claire Lacombe speelden een belangrijke rol. Totdat het patriarchaat ook hier de rijen sloot en sommigen van hen het einde vonden onder de guillotine. Bart Gruson over de opkomst en ondergang van de Société des Citoyennes Républicaines Révolutionnaires.
Niemand minder dan Lodewijk XVI hielp mee bij het vervolmaken van de guillotine, het ‘Nationale Scheermes’van de Franse Revolutie. Bedoeld als een egalitair en vrijwel pijnloos strafmiddel, rezen er toch al snel twijfels over de voordelen van onthoofdingsmachine. Niettemin werd de guillotine o.m. ook gebruikt in Zwitserland, Nederland en nazi-Duitsland.
Net als in de Renaissance werd tijdens de Franse Revolutie hevig teruggegrepen op de Antieken. In de schilderkunst kwam het neoclassicisme van David en Lethière in plaats van het frivole rococo, die nu veracht werd als een lichtzinnige hofstijl. De Grieks-Romeinse Oudheid herleefde met de emancipatie van de massa’s. Classicus Anton van Hooff legt uit dat revolutie niet alleen een omwenteling is, maar ook een terugwenteling.
De opkomst van Madame de Maintenon van dochter van een veroordeelde valsemunter en moordenaar tot echtgenote van Zonnekoning Lodewijk XIV blijft tot de verbeelding spreken. Thomas von der Dunk las haar eerste Nederlandstalige biografie.
En verder in dit nummer:
In het redactioneel commentaar staat hoofdredacteur van De Republikein René Zwaap stil bij de uitspraak van Willem-Alexander dat de banden tussen het Saoedische koninkrijk en het Huis van Oranje helemaal niet zo nauw zijn als gedacht. Die mededeling, gedaan tijdens het koninklijke bezoek aan Londen in oktober 2018 naar aanleiding van de moord op journalist Jamal Khashoggi, was ‘stuitend misleidend’, aldus Zwaap, en hij doopt WA tot ‘Koning Historisch Onbenul’.
Met een budgetoverschrijding van 40 procent (35 miljoen euro begroot, werkelijke kosten 63,1 miljoen euro) is de renovatie van Huis ten Bosch in Den Haag uitgegroeid tot een draconische verliespost van de Nederlandse overheid. Voormalig secretaris-generaal van Financiën Jan Postma heeft een goed idee voor compensatie: openstelling voor het publiek. Ten tijde van de Bataafse Republiek was op last van de toenmalige minister van Financiën Alexander Gogel in de Oranjezaal van Huis Bosch de Nationale Konst-Gallerij gevestigd – de voorloper van het Rijksmuseum – en die traditie kan in ere worden hersteld, aldus Postma in de rubriek ‘Van het republikeins front’.
Vanwege zijn deelname aan de aanslag op het Amsterdamse Bevolkingsregister door de verzetsgroep rond Gerrit van der Veen werd Spanjekenner, historicus en romanschrijver Johan Brouwer in 1943 gefusilleerd. Zijn biograaf Hendrik Henrichs werpt een nadere blik op Brouwers inzet voor de Tweede Spaanse Republiek tegen de troepen van Franco. De motieven daarvan waren complexer dan Brouwer zelf deed vermoeden.
Vierhonderd jaar geleden vond op het Binnenhof de onthoofding plaats van Johan van Oldenbarnevelt, lange tijd een van de machtigste mannen van de Republiek der Verenigde Provinciën. In De zaak Oldenbarnevelt geeft historicus Wilfried Uitterhoeve zich moeite te bestrijden dat de veroordeling en daaropvolgende onthoofding van de ex-raadspensionaris moet worden gezien als een gerechtelijke moord. Maar wie zijn werk leest kan zich moeilijk aan die indruk onttrekken, constateert Maurits van den Toorn in zijn bespreking van het boek.
In de rubriek ‘Appeltjes van Oranje’ dit keer aandacht voor de banden tussen Oranje en de absolute monarchie van de Saoedi’s. In zijn boek De Saoedi’s – de ongewisse toekomst van een machtige oliestaat turft journalist Mark Blaisse maar liefst tienduizend prinsen (en zelfs meer dan twintigduizend als alle levende afstammelingen van de eerste koning Ibn Saoed worden meegerekend). Dat is een ideaal broeinest voor paleisintriges en corruptie. Kroonprins Mohamed bin Salman zette zich in 2015 aan een offensief om al zijn concurrenten binnen de familie uit te schakelen. Dat de kroonprins nu zo makkelijk wegkomt met de moord op zijn criticaster Khashoggi zal hem alleen maar hebben gesterkt in zijn gevoel van onaantastbaarheid.
In zijn vaste column staat Republikeins Genootschap-voorzitter Hans Maessen dit keer stil bij de noodzaak om de straatnamen in Nederland te ontdoen van alle eerbewijzen aan koningin Wihelmina en prins Bernhard. ‘Al verzetten monarchisten zich tegen naamsveranderingen, ook voor hen geldt dat foute personen geen voorbeeld mogen zijn voor onze kinderen’, stelt hij.
Plus: De Blik van Joep Bertrams, dit keer gewijd aan het surrealistische Belgische vorstenhuis.
Nr. 1/2019 van ‘De Republikein, tijdschrift voor politiek, cultuur, geschiedenis & burgerschap’ is te koop bij de geselecteerde boekhandel of na te bestellen bij de uitgever via klantenservice@virtumedia.nl. Mis geen nummer meer van dit unieke kwartaaltijdschrift en neem een abonnement.
You might be interested in
Journalist en schrijver Paul Damen was bij zijn dood op 13 november 2024 hoofdredacteur van De Republikein. Op de dag
In dit zomernummer van De Republikein wordt de vraag naar de republikeinse zaak omgedraaid: stel dat de Oranjes vertrokken zijn,
Eeuwenlang bepaalden Duitse vorsten de machtsverhoudingen in Centraal-Europa en ver daarbuiten. Ook waren ze en passant hofleverancier van koninklijke echtgenoten
DE REPUBLIKEIN
JAARGANG 14, NR. 2, JUNI 2018
De Thyssens – bankiers van Oranje en het Derde Rijk
[divider height=”30″ style=”default” line=”default” themecolor=”1″]INHOUD VAN DIT NUMMER
De Thyssens: bankiers van Oranje en het Derde Rijk
René Zwaap
Prins zonder franje
Frits Hendrik Emmerik
De dood van Spinoza’s leermeester
Tseard Zoethout
Verder:
De blik van Joep
Van de redactie: Het gelijk van Nanda van der Zee
René Zwaap
Van het republikeins front: de verborgen schatten van het koningshuis
Privatiseer de monarchie
Ricus van der Kwast
Journalistiek gaat ten onder aan nulnieuws
Ricus van der Kwast
Grenzen aan de Hollandomania
Anton van Hooff
De opstand van het ressentiment
Serge van Duijnhoven
Dichtende hermenlijnvlooien (aflevering 3 en slot)
Paul Damen
Boekrecensie: een boeiend contact
Gijs Korevaar
Boekrecensie: eerherstel voor wijdlopige twijfelaar met faalangst
Maurits van den Toorn
Boekrecensie: de Mannen van Gods woord zijn niet vies van politiek stuntwerk
Maurits van den Toorn
Appeltjes van Oranje: Buigen voor Bhumipol
Manuel Kneepkens
Column Hans Maessen: een formidabele tegenstander
Abonnementen
Jaarabonnementen (4 nummers) TIJDELIJK van € 38,95 voor € 25,-
Studentenabonnement (4 nrs, tot 27 jaar) € 25,–
Losse nummers € 10,90
Aan een jaarabonnement in het buitenland zijn, naast de kosten voor het abonnement, ook verzendkosten verbonden. Neem hierover contact op met de abonnementenadministratie.
Adreswijzigingen dienen schriftelijk te worden doorgegeven, met vermelding van het oude en nieuwe adres en het nieuwe telefoonnummer. Opzeggingen dienen schriftelijk te worden doorgegeven, uiterlijk 6 weken voor de volgende betalingsdatum.
U kunt zich hier online aanmelden als abonnee.
Abonnementenadministratie
Virtùmedia
t.a.v. De Republikein
Postbus 595
3700 AN Zeist
E-mail: klantenservice@virtumedia.nl
Telefoon: 085-0407400.
Zelf een artikel schrijven?
Raadpleeg eerst de wenken voor auteurs op de site.
You might be interested in
Journalist en schrijver Paul Damen was bij zijn dood op 13 november 2024 hoofdredacteur van De Republikein. Op de dag
In dit zomernummer van De Republikein wordt de vraag naar de republikeinse zaak omgedraaid: stel dat de Oranjes vertrokken zijn,
Willem-Alexander schijnt zich niet druk te maken om zijn dalende populariteit. Net als moeder Beatrix doet hij peilingen af als