Sjoerd de Jong - Page 3

Complotprofessor Karel weet raad (9): Covid-19, UFO’s en de Zuidpool

Professor Karel beantwoordt  wekelijks brandende vragen vanuit zijn achterban over de tentakels van de Deep State. In deze aflevering: vanaf welke UFO-basis werd het Covid-19-virus nu precies verspreid? 

 

Tekst en illustraties: Sjoerd de Jong

 

Geachte professor Karel,

Hoe gaat het met U? Dank u wel voor uw fantastische bijdragen. Ik geniet er elke keer van en steek er ook heel veel van op. Ongelooflijk dat we zo voor de gek gehouden worden en het vaak zelf niet eens door hebben in ons brein! Gelukkig brengt u daar verandering in.

Maar wat ik wilde vragen. Is u bekend vanaf welke UFO-basis het signaal is gegeven om te beginnen met de verspreiding van Covid-19? Ik hoor daar verschillende dingen over en weet niet goed wie ik moet geloven. Ik lees dat het kwam het van Antarctica, waar zoals u weet admiraal Robert C. Byrd in 1947 verdween. Maar anderen hebben het op internet juist over de Zuidpool, waar ook een basis is. Of staan die twee in verbinding?

Kunt u me helpen? Ik lig er wakker van. Het is zoveel om te bevatten!

Agnes Sietsevlieger,

Barendrecht

 

Okay. Dit is een ingewikkelde kwestie. Ik ben natuurlijk geen geoloog, hoewel ik de geschiedenis en de belangrijkste theorieën van dat vakgebied wel een keer heb doorgenomen, gedurende een vrij lang weekend. Dus het lijkt me goed dat we eerst even vaststellen dat er nog heel veel onduidelijk is over wat er zich nu eigenlijk afspeelt tussen die zogenaamde ‘polen’. Kijk, op school leren we allemaal al jaren, of zelfs eeuwen, dat de Aarde een soort bol is, die dan om een as zou draaien, die ook nog eens een beetje scheef staan. Daar zouden we dan de seizoenen aan te danken hebben, heet het.

Ik heb dat altijd een ongeloofwaardig verhaal gevonden. Het komt er gewoon op neer dat de autoriteiten weer eens doen of we hier te maken hebben met een natuurverschijnsel. Dus met iets waar wij geen greep op hebben maar dat we maar over ons heen moeten laten komen, als gehoorzame burgers of zeg maar liever gewoon onderdanen. Dat is allemaal TINA-ideologie, nietwaar, de machtige stroming die zegt there is no alternative, zoals Thatcher beweerde over het kapitalisme. Op die manier probeert de elite ons voor te spiegelen dat er niks anders opzit dan ons maar te schikken, natuurlijk.

Zo is het ook met die polen, nietwaar. Ze staan in elke editie van de Bos Atlas, ook de meest recente die ik in huis heb, en dat is natuurlijk geen toeval. Men wil ons met zulke gecoördineerde acties doen geloven dat er maar één, officiële manier is om de wereld in te delen, namelijk van Noord naar Zuid, van de ene pool naar de andere. Het doel daarvan is waarschijnlijk vooral – we weten het niet helemaal zeker, er zijn meer mogelijkheden – de complete mondiale informatiestroom te beheersen. Het idee is dan, dat die van de ene pool naar de andere wordt geleid, vanuit de machtscentra die zich zelf buiten beide polen bevinden, namelijk in Washington, Brussel en New York.

Dat blijkt een lange geschiedenis te hebben, voor wie zich er een beetje in verdiept. Waarom denkt u dat er ook in de elektrotechniek al eeuwen geleden sprake was van ‘polen’. Toeval? Natuurlijk niet, met zulk taalgebruik verraadt men zich. Net als met het modieuze geopolitieke idee van een ‘multipolaire’ wereld dat de elites proberen te introduceren, een desinformatiecampagne om ons te doen geloven dat er niet slechts twee polen zijn, wat dus al een verzinsel is, maar zelfs vele – zodat niemand meer verantwoordelijk is en men dus vanuit Washington geheel straffeloos zijn gang kan gaan. Vergeet ook niet, de term ‘bipolair’ duidt op een psychiatrische toestand!

Er zijn natuurlijk wel een paar mensen die dit zoals ik aanvoelen. Ik weet niet of u The Thing (1982) kent, maar daarin wordt het tamelijk goed uitgelegd. In die documentaire blijkt de ‘pool’ een dekmantel voor clandestiene psy-ops en false flag-operaties vanuit het Westen. Niet voor niets werd die film door vooraanstaande critici afgekraakt; de waarheid moest natuurlijk verborgen blijven voor het publiek. Ik denk trouwens ook, soms, aan het boek van mijn oude collega H.J.A. Hofland, Op zoek naar de pool. Die titel – over de inhoud laat ik mij liever niet uit – was een zuiver voorbeeld van het tegels lichten dat nu geheel uit de journalistiek is verdwenen.

Maar weest u gerust, ik blijf natuurlijk poolshoogte nemen, zoals het heet. Ik kan niet anders, er staat te veel op het spel!

 

Complotprofessor Karel weet raad (8): advies aan de koning

Professor Karel beantwoordt  wekelijks brandende vragen vanuit zijn achterban over de tentakels van de Deep State. In deze aflevering: professor Karel krijgt een vraag uit de hoogste kringen.

Tekst en illustraties: Sjoerd de Jong

 

Geachte professor Karel,

Een vraag namens een goede vriend.

Nu in Nederland de zaken opnieuw op slot zijn gegaan door dat vermaledijde virus (al dan niet verzonnen, dat laat ik graag in het midden), is het op ons Griekse eiland voortreffelijk toeven. Wij wandelen, laten de hond en de kinderen uit, bezoeken de lokale markt (waar men geen vleermuizen of wurgslangen verkoopt) en nemen zo nu en dan een glas ouzo op een vriendelijk terras. We begeven ons graag onder de bevolking.

Nu is echter mijn vriend die hier ook een bescheiden optrekje heeft, een zeer aimabele maar ook lichtelijk naïeve man (sommigen vinden hem zelfs enigszins dom – ik niet) in de problemen gekomen. Het thuisfront in Nederland verwijt hem de boel in de steek te hebben gelaten en eiste zijn terugkeer. Hij is spoorslags vertrokken en twijfelt nu of hij nog wel kan komen. Dit terwijl de uitbater van een lokaal etablissement ons zaterdag verwacht op de jaarlijkse karaoke, een vrolijke avond waar mijn vriend zich erg op had verheugd.

Tamelijk flauw allemaal, als men bedenkt dat ik, pardon hij, zich in Nederland de hele dag inspant voor zijn omgeving, geheel in de nobele traditie van zijn voorouders. Soms moet hij zich wekenlang van hot naar her laten slepen, om deel te nemen aan uiterst vermoeiende festiviteiten en vergaderingen. Terwijl hij óók liever op de ski’s zou staan. Mag zo’n man er dan niet even uit?

Naar ik begrijp van mijn personeel, pardon mijn vrouw, heeft u ruime ervaring met intolerantie en opgelegd confrontisme, ik bedoel conformisme. Graag uw advies hoe mijn vriend hiermee kan omgaan.

Hij is ten einde raad, vrees ik.

Hoogachtend,

Lex van Buren

 

Beste Lex,

Aan Griekenland bewaar ik goede herinneringen. Ik heb iets met de mensen, ik voel een zekere verwantschap met hen. Op bezoek bij een collega van mij in Delphi, mooi wonend in de bergen, kreeg ik bijvoorbeeld eens te horen dat mijn loopbaan hoge pieken en diepe dalen zou kennen. Het eerste is volledig uitgekomen, dat kunnen we wel zeggen.

In Athene voelde ik mij tijdens mijn eerste Interrail-vakantie ook direct thuis tussen de bustes van Socrates, Plato en Aristoteles. Met Homerus, of Homeros, had ik minder, dat is mij toch te veel een praatjesmaker. Bovendien, dat verhaal over de val van Troje kán natuurlijk niet kloppen. Ik bedoel, een houten paard – wie trapt dáár in? Er zitten ook talloze tegenstrijdigheden en onwaarschijnlijke gaten in de officiële uitleg, zoals de vraag of het eigenlijk fysiek wel mogelijk is voldoende manschappen zo lang in een dergelijke houten constructie te passen en in leven te houden. Compleet ongeloofwaardig is daarnaast de bewering dat alle Trojanen in slaap zouden zijn gevallen door de genuttigde alcohol; alsof er in die tijd geen makkelijk verkrijgbare laag-alcoholische of alcoholvrije wijn bestond. Denkt men werkelijk dat wij dit nog geloven? En is het soms toeval dat in het puin van de stad enkele eeuwen later juist de paspoorten en andere identiteitsbewijzen zijn gevonden van enkele van de beweerde daders, zoals de duidelijk verzonnen figuur Odysseus? Kom nou.

Maar goed, die zaak verdient nog wel eens een aparte behandeling, we kunnen er nu niet te diep op ingaan.

Dan uw vriend. Ik moet zeggen dat ik met hem sympathiseer. De dwang om je aan te passen aan de heersende mening kan in Nederland verstikkend zijn. Ik kan erover meepraten, mijn collega te Delphi waarschuwde mij al eens dat de meeste mensen de waarheid domweg niet onder ogen willen zien (ik begrijp bijvoorbeeld dat de leugens van Homerus nog steeds in druk zijn). Zeker nu het gefabriceerde corona-virus door de elite landelijk is verspreid, wordt Nederland in een staat van verdwazing en onwetendheid gehouden. Het zorgwekkendste is, dat het volk daarin meegaat. Uw vriend is daar het slachtoffer van; men kan het simpelweg niet verdragen dat iemand nog voor zichzelf wil denken en met eigen ogen de wereld wil zien. Slaven, moet u begrijpen, worden altijd in het gareel gehouden door andere slaven, die een vrijheidslied aanheffen tijdens het roeien om de bittere waarheid te verhullen.

Ik zou uw vriend adviseren: bied om de woede te dempen verontschuldigingen aan, maar verspreek u daarbij, zodat kenners weten dat u het niet meent. Ga daarna zo snel mogelijk naar een ander eiland (bij voorkeur voor de kust van een land waar men het corona-sprookje minder gelooft) en sluit u daar af voor alle berichten uit Nederland. Vergeet nooit, de mainstream media zijn het ware Paard van Troje!

 

 

Complotprofessor Karel weet raad (7): Kraak de code

Professor Karel beantwoordt  wekelijks brandende vragen vanuit zijn achterban over de tentakels van de Deep State. In deze aflevering: professor Karel staat een oudgediende van de kraakbeweging bij.

Tekst en illustraties: Sjoerd de Jong

 

Houdoe professor Karel,

 

Nu de regering weer nieuwe fascistische maatregelen bekend heeft gemaakt om ons eronder te houden, wil ik het Inbraak Management Team graag een strategisch advies vragen. Want fuck it, hoe lang pikken we dit nog?

Mijn naam is Willem, in het kraakwereldje ben ik ook wel bekend als ‘Ketel’. Ja, omdat ik liever jenever dronk. Of drink eigenlijk. In ons pand hebben de meesten een bijnaam, mijn beste maat heet ‘Kantel’, die kan gasmeters kantelen. Je hebt ook ‘Tang’, die ‘s nachts fietsen haalt en, best grappig , ‘Tegel’. Die heeft in de jaren tachtig een keer een stoeptegel op zijn knar gehad, dat kan je nu nog zien. En er is ‘Bor’, die heet zo omdat hij bij acties heel goed een politiesirene kan nadoen, zoals Bor de Wolf uit de Fabeltjeskrant.

Maar nu komt het. Bor had gisteren voorgesteld om na de nieuwe fascistische maatregelen van Rutte een kraak te doen in het dichtstbijzijnde eetcafé, en daar over onze strategie te vergaderen tijdens een vegetarische bami-maaltijd.

Wat blijkt? Komt hij aanzetten met vijf van die plexiglas spatschermen, die we van hem moesten opdoen, voor zijn en onze veiligheid. Ja zeg! Om hem een lol te doen, deden we het, maar bij het eten spetterde het vreselijk. Bovendien, dat ding lijkt als twee druppels virus op een ME-helm en ik kreeg dus hele nare flashbacks, want ik heb slechte ervaringen met de Mobiele Eenheid. Kortom, hele etentje verpest en ook geen nieuwe strategie.

Mijn vraag aan uw team is: is dit bewust en is die spathelm gewoon een zoveelste pesterijtje van de fascistische staat om ons na zoveel jaar nog een keertje te fucken?

 

Willem “Ketel”

 

Een belangwekkende vraag, beste Ketel. Maar mag ik u eerst complimenteren met de door u gebruikte schuilnamen? Uit mijn jarenlange contacten in de inlichtingenwereld weet ik hoe belangrijk het is dat men zijn identiteit weet te verbergen. Ik heb dat nu ook in het Inbraak Management Team ingevoerd, zodat wij kunnen communiceren zonder dat Van Dissel ons herkent. Het team heeft bronnen in zijn naaste omgeving, professioneel en privé.

Tijdens mijn lange journalistieke loopbaan gebruikte ik zelf vaak combinaties van kleuren en huiselijke objecten. Zoals ‘Groene Fluitketel’, een naam die ik in Azië veel gebruikte, of ‘Blauwe Schroefdop’. Het blijft ingewikkeld, ook deze methode is niet waterdicht. Met ‘Paars Washandje’ moest ik bijvoorbeeld stoppen toen het eerste Paarse kabinet in Nederland aantrad, het leidde tot onprettige misverstanden in mijn internationale contacten. ‘Rode Zeepsop’, dat ik gebruikte in de Sovjet-Unie, heb ik opgegeven toen Gorbatsjov zich had laten inpakken door Reagan, het begin van heel veel ellende.

Het goede van uw codenamen is dat die zowel algemeen zijn (er zijn vele merken jenever in omloop) als ook verwijzen naar een individu; ik neem althans aan dat u de enige in uw pand bent Ketel die verkiest boven het in de kraakwereld populaire bier in blik of uit beugelflesjes.

Toch even een kanttekening. Want ik zie hier ook een risico. Juist door die herkenbare verwijzing naar een individu is deze code vrij eenvoudig te kraken voor een kennis of infiltrant. Het staat vast dat de BVD reeds in de jaren tachtig infiltranten plaatste in kraakpanden om informatie te verzamelen over de bewoners. U hoeft dus maar een paar keer te zijn gespot met uw fles of u kunt door de mand zijn gevallen. Hetzelfde geldt mutatis mutandis voor uw maten Kantel en Tang. Uw vriend Tegel zou ik hoe dan ook aanraden een andere codenaam te kiezen, gezien het fysieke spoor in de schedel.

Nu dat zogeheten spatmasker, ook wel gelaats- of gezichtsscherm genoemd, en uw vraag om strategie-advies. Ik denk dat u iets op het spoor bent. Kijk, het is natuurlijk geen toeval dat deze schermen al maanden eenvoudig te verkrijgen waren (voor minder dan tien euro), terwijl er zogenaamd een tekort zou zijn aan mondkapjes en testapparatuur. Wie gelooft dat? Ik denk dat we ervan kunnen uitgaan dat de nieuwe mondkapjesplicht een opmaat is naar het verplichte spatmasker, niet alleen op straat maar ook 24/7 thuis.

Waar u ook over moet nadenken, is de opvallende rol van uw vriend Bor. Waarom kwam juist hij met deze schermen? Was hij het die de bami bereidde of bestelde? Wat weet u eigenlijk van deze Bor? Droeg hij bij eerdere actiemomenten al een mondkapje? Of een brommerhelm? Uw uitleg van zijn bijnaam suggereert dat hij ongebruikelijk goed op de hoogte is van politiemethodes. Na ruggenspraak met de andere leden van het IMT moet ik u zeggen: alles wijst er op dat hij de infiltrant is in uw pand.

Stelt u hem op de proef: nodig hem uit voor een confrontatie met de andere leden van uw groep en zeg hem dat u van welingelichte bronnen heeft begrepen dat zijn codenaam bij de AIVD ‘Groene Bami’ is. Trek dan zijn gezichtsmasker af en observeer zijn reactie. Begint hij te loeien als een ambulancesirene, dan weet u hoe laat het is.

 

 

Complotprofessor Karel weet raad (6): ‘Nee’ tegen Coronagate

/

Professor Karel beantwoordt  wekelijks brandende vragen vanuit zijn achterban over de tentakels van de Deep State. In deze aflevering: professor Karel zegt ‘nee’ tegen Coronagate.

Tekst en illustraties: Sjoerd de Jong

Amice,

Al geruime tijd voel ik de behoefte u te schrijven, omdat u een van de weinigen bent die, net als ik, zeker en vast de ware aard van de ‘pandemie’ doorzien. Ik heb dat woord bewust tussen ironietekens geplaatst, al is er natuurlijk niets om te lachen. Wij worden op een schandelijke manier bedrogen door onze eigen overheden, die deze pandemie verzonnen hebben óf (u kunt daar waarschijnlijk meer over zeggen) op hun beurt zelf voor het lapje worden gehouden door een coterie met grote belangen in de farmaceutische industrie. Zij regelen alles. Daar komt men als psychiater, mijn eigen professie, gewoon niet tussen.

Welnu, toch heb ik onlangs in een schrijven aan de heren Rutte en Van Dissel mijn diensten aangeboden aan het Nederlandse Outbreak Management Team (OMT). Wij Vlamingen en u in zitten in hetzelfde bedje, niet?

Ik ben ervan overtuigd dat mijn educatie als pater (Dominicaner Orde) alsmede mijn latere studies psychiatrie en differentiedenken (Freud, Lacan, Deleuze) goed van pas zouden komen nu onze samenleving ten prooi valt aan wat wij intussen toch alleen maar noemen kunnen: virale entropie.

Maar wat dacht u? Geen antwoord, niet eens een ontvangstbevestiging. Ook de bijgesloten diploma’s en mijn internationale rijbewijs kreeg ik niet retour.

Ik dacht: wablief? Wat vindt u daar van?

Hoogachtend,

Pierre VanderKletse

 

Beste Pierre,

U bent verbaasd? Ik niet.

Uiteraard heeft men in Den Haag, Parijs, New York of Washington geen behoefte aan kritische stemmen, laat staan aan experts zoals u.

Gelet op uw professie en achternaam spelen hier mogelijk ook de zogenaamde Hollandse nuchterheid en Belg-o-fobie een rol, niet ongebruikelijk in Den Haag. Ik hoorde onlangs een vergelijkbaar verhaal van uw collega-psychiater Josephine DeZwetsenaere. Zij had voorgesteld het voltallige kabinet (kosteloos) te behandelen met edelstenen en EMDR-therapie om de besluitvorming terug te voeren naar de baarmoeder. Ook zij kreeg geen enkele respons.

Het is ook geen wonder. Weet u wat ik schokkend vind? Er zijn steeds meer signalen dat tot deze verzonnen pandemie niet eens is besloten tijdens een vergadering van de politieke, zakelijke en farmaceutische elites in Davos, zoals ik eerder meende, maar pas na afloop, tijdens de après-ski. Men ziet het voor zich. Met een glas in de hand is daar bedacht dat een gefabriceerd virus het beste middel kon zijn om in te breken in ons leven en de hele wereldbevolking tot een nieuw soort horigheid te dwingen. En wie geeft men de schuld? Een Chinese vleermuis. Het cynisme van de elites is werkelijk ongelooflijk.

En dan morgen wéér een persconferentie om de duimschroeven in de vorm van mondkapjes nog meer aan te draaien? Ik zeg: nee. Het is genoeg geweest. We kunnen dit gewoon niet meer accepteren.

Daarom ben ik trots en blij langs deze weg de oprichting bekend te kunnen maken van een nieuw college deskundigen, dat niet de Nederlandse overheid maar de bevolking zal gaan adviseren over de te nemen maatregelen.

Dit team vol knappe koppen, dat zal gaan werken onder de naam Inbraak Management Team (IMT), is het afgelopen weekeind voor het eerst bijeen geweest, op een niet nader te noemen locatie bij mij thuis. Het team zal wekelijks bijeen komen en langs diverse kanalen en fietsroutes de bevolking raad geven hoe men zich het beste kan onttrekken aan de ongekend totalitaire maatregelen die de overheid ons wil opleggen.

Wat zijn onze plannen, en wat kunt u bijdragen?

Misschien moet ik eerst iets vertellen over onze oprichtingsbijeenkomst, die reeds zeer vruchtbaar was. Na een zogeheten binge-watch van relevante documentaires als Plandemic, Corona Zombies, Coastal Elites, Carrie en The Shining om in de juiste gemoedstoestand te komen, hebben wij in één sessie een Coronagate-routekaart gemaakt, plannen bedacht voor anti-corona-app-software en een begin gemaakt met een Deep State-dashboard. U zult er de komende weken nader over worden geïnformeerd.

Overigens, het zal u plezier doen te vernemen dat uw collega De Zwetsenaere deel uitmaakt van ons team. Haar behandeling bracht mij en enkele andere teamleden binnen luttele minuten terug naar onze eerste dagen in de wieg. Ik zag ineens vlijmscherp hoe men toen al de werkelijkheid voor mij begon te construeren, met simpele woordjes, vreemde gebaren en kleurige objecten. Het bleek opnieuw terecht dat ik de zaken nooit heb vertrouwd.

Wat kunt u doen? Stuur vragen, suggesties en mogelijk nuttige informatie naar het Inbraak Management Team, onder vermelding van ‘Coronagate‘. Om de autoriteiten niet op uw spoor te brengen, ontvangt u van ons natuurlijk geen reactie of antwoord. Toegestuurde documenten blijven bezit van het IMT.

Wij zeggen nee!

 

Complotprofessor Karel weet raad (5): hoe houdt u de AiVD uit uw WC?

Onze immer waakzame complotprofessor Karel beantwoordt  brandende vragen vanuit zijn achterban over verborgen machten en netwerken. In deze aflevering: het toilet als databank van de Deep State.

Tekst en illustraties: Sjoerd de Jong

Zeer geachte professor Karel,

Tijdens een korte skivakantie in Noord-Japan met mijn gezin (twee studerende dochters en een zoon met enkele ‘tussenjaren’, waar ik u verder niet mee zal lastigvallen) werd ons door het hotelpersoneel voorgehouden dat wij voor de stopcontacten in onze kamers een Amerikaanse adapter nodig hadden. Ik weigerde die te gebruiken, omdat ik het zaakje niet vertrouwde. Je wilt niet dat de NSA meekijkt op de piste, nietwaar! Zeker niet nu mijn zoon van plan is zijn volgende vijf (!) tussenjaren in de VS door te brengen. Het gevolg was wel dat wij verstoken bleven van stroom zodat al onze apparatuur uitviel – niet echt leuk, vonden met name mijn dochters – en ik mij twee weken niet heb kunnen scheren. Eenmaal thuis, knaagt de twijfel. Zag ik spoken?

Boris van Oeteren

 

 

U zag geen spoken, laat ik dat vooropstellen. Mij verbaast het althans niet wat u vertelt. Ik raad mensen altijd aan om mijn standaardwerk te lezen, The Eclipse of Japanese Skiing Power. Daarin zet ik uitvoerig uiteen hoezeer de Japanse wintersport verweven is met Amerikaanse overheids- en inlichtingendiensten. En dan hebben we het nog niet over de sponsoring door grote Amerikaanse bedrijven, die als dekmantel dient, dat spreekt vanzelf. U moet weten: Japan is voor mij de ultieme deep state, waar de macht zich ophoudt achter de façade van een parlementaire democratie. Typisch Japans. Ik heb dat onderzocht en daarna met succes toegepast op de Verenigde Staten, de NAVO, de Europese Unie, en uiteraard ook op Nederland. Wij moeten niet denken dat we anders zijn. Het officiële verhaal klopt ook híer niet! Kortom, wat ik vond was uniek en zo typisch Japans dat ik het overal voor kon gebruiken. Het is overal hetzelfde liedje! Dat is in de hotelbranche natuurlijk niet anders.

Overigens, ik hoop dat u ook het toilet in uw kamer goed heeft bestudeerd. Een Japans toilet is niet iets dat men gewoon even doorspoelt, maar is in feite een databank, een technologisch hoogstandje dat biometrische en biografische informatie opslaat, die dan weer kan worden afgetapt door geheime diensten. Mij zijn gevallen ter ore gekomen – ik heb ze nog niet allemaal grondig kunnen bestuderen – van Japanse hotels waar het stemgedrag van de bewoners via het toilet werd doorgegeven. Dat stelde de CIA en verwante inlichtingendiensten in staat om het te beïnvloeden door middel van stoffen die werden toegevoegd aan het spoelwater. Bij elke keer doorspoelen schoof men dan iets verder op naar rechts, dat was het idee. En u moet bedenken, op een doorsnee dag spoelt men toch al snel vijf keer door – op mijn leeftijd zelfs tien – en dan is, zeker als men ook zittend urineert zoals gebruikelijk onder ruim veertig procent van de Japanse mannen, het politieke effect enorm. Op die manier proberen de autoriteiten ook het effect te neutraliseren van kritische en alternatieve media, die men nu eenmaal graag raadpleegt bij toiletbezoek, in alle rust.

Ik zal je vertellen, toen ik voor het laatst in Tokio verbleef voor overleg met mijn contacten op hoog niveau, heb ik het toilet uitgebroken en naar buiten gegooid. Men vond het natuurlijk wat eigenaardig, maar daar heb ik mij niets van aangetrokken. Er zijn genoeg rockmuzikanten geweest die hetzelfde deden – en dat vond men dan grappig! En nou ja, het is daarna wel even behelpen, daar zal ik niet over uitweiden, maar met wat oefening gaat dat net zo goed.

Kortom, ik zou dit nog wel met uw gezinsleden bespreken, met name met uw zoon, want die baart me enige zorgen. Mogelijk is het idee van ‘tussenjaren’ in de VS hem via het spoelwater ingegeven door de CIA. Doorzoekt u voor de zekerheid zijn reisbagage, als u die nog voorhanden heeft. Vindt u daarin tóch een Amerikaanse adapter, dan is hij misschien al gerekruteerd. Ook gebrek aan baardhaar kan een indicatie zijn.

 

Complotprofessor Karel weet raad (4): De verborgen boodschappen van Mark Rutte

Onze immer waakzame complotprofessor Karel zat maandag ook aan de beeldbuis gekleefd om de Corona-persconferentie van premier Rutte te analyseren op signalen die voor anderen verborgen blijven. Deel 4 van de serie waarin de koene wetenschapper ingaat op brandende kwesties vanuit zijn achterban.

Tekst en illustratie: Sjoerd de Jong

Yo professor Karel,

Hoe gaat het net u? Hopelijk goed. Met mij niet zo. Dat komt, ik zie er geen gat meer in door die nieuwe corona-maatregelen. Kijk, op zich is het best fijn dat ik nu al maanden sommige mensen niet hoef te zien, dat komt door wat ik heb meegemaakt, daar zal ik u verder niet mee lastig vallen. Maar waar ik dus echt gestrest van raak, is dat het café waar ik zeg maar dans, want ik heb dus geen zin in een studielening, dat dat nu al om 10 uur dicht moet. Ik bedoel, hallo? Dan begin ik er net een beetje in te komen, weet je.

Mijn vraag aan u is: kan ik hier nog soort van onderuit? Of krijg ik dan meteen zeg maar de corona-politie op mijn dak? Helpt het misschien als ik de hele tijd wel een mondkapje om hou? Wat denkt u?

Dus dat.
Tiffany

Ja, deze maatregelen geven aan dat men volledig de greep op de zaak aan het verliezen is. Ik weet niet of iedereen het heeft gezien of beseft, maar mij viel op dat Rutte tijdens de persconferentie maandag opeens een hand door zijn haar haalde. Dat betekent dat hij ten einde raad is. Doorwoelen van het kapsel, met een bepaald aantal vingers en in een bepaalde richting, is een bekend signaal in bepaalde geheime genootschappen, zeg maar een soort van S.O.S. Ook dat dit keer door Rutte expliciet de kappersbranche werd genoemd, wijst daarop.

Maar we moeten niet uitsluiten dat er meer achter zit. Want om op de vraag van deze jongedame – althans, dat neem ik aan – in te gaan, het is natuurlijk geen toeval dat juist de jeugd opnieuw de dupe wordt van deze maatregelen. Als je een beetje verstand hebt van geschiedenis, dan weet je dat regeringen er alles aan doen om de jeugd te manipuleren. Kijk eens naar Wit-Rusland, waar jongeren volgens mijn informatie door de CIA en EU via mondkapjes opruiende middelen krijgen toegediend zonder dat ze het weten. Daar lees je natuurlijk niets over in de media, nietwaar, maar het is goed mogelijk dat ons ook zoiets te wachten staat. Het is ook niet zo’n hele grote stap van een kapje om je mond naar een chip in je kop, daar gaat het om.

Okay, wat de concrete vraag betreft moet ik toegeven dat het alweer een tijdje geleden is dat ik een dergelijke dansgelegenheid heb bezocht, als ik de vraag van de jongedame goed begrijp. Tijdens mijn jaren als journalist in Azië nam ik wel geregeld een kijkje in bepaalde clubs, omdat je daar de soort van mensen treft dat in de deep state de dienst uitmaakt, zeg maar. Ik ben er mee gestopt omdat ik op een avond begon te vermoeden dat men iets door mijn drankje deed; na het twaalfde glas begon alles voor mijn ogen te draaien!

Maar goed, ik begrijp het probleem. Je moet je realiseren dat de tijden ook wel sterk zijn veranderd. In mijn jeugd zaten we in het weekend soms urenlang op een telefooncel, dat was avontuurlijk genoeg. Of, als we echt spanning zochten, op een elektriciteitshuisje. Ja, er werd wel eens wat bij gedronken en gerookt, moet ik toegeven, soms een sigaar, maar dat was bijzaak.

Dat is nu allemaal totaal anders. De techniek staat niet stil, ook niet die van het manipuleren, begrijp je. Daarom sluit ik niet uit dat er in die oekazes – zo mag je het toch gerust noemen – ook telkens sprake is van ‘het licht aandoen’, eerst om middernacht en nu dus al om 22.00 uur. Van knipperende lampen is allang vastgesteld dat men ervan onder hypnose kan raken. Dat is mij overkomen in Hong Kong, in een club waar ik destijds onderzoek deed naar infiltratie van de gokwereld door geheime diensten. Ik heb het bloknoot bewaard dat ik toen bij me had, maar door de trancetoestand waar ik in geraakte staat mij niet meer precies bij wat ik bedoelde met ‘Mossad = 356/7 & NAVO $$$ -35, !!! mits 75 % (NMP x EU)’. Dat was natuurlijk ook de opzet.

Hou er dus rekening mee, jongedame, dat het licht in uw club wordt gebruikt voor mentale herprogrammering, zeker in combinatie met het mondkapje. Ik kan u het beste aanraden op E-Bay of Marktplaats op zoek te gaan naar een betrouwbare, maar betaalbare antieke telefooncel. Daar kunt u opklimmen, met uw matties. U bent er veilig voor licht én straling. Overigens, mocht er naar de cel worden gebeld terwijl u erop zit: niet opnemen!

<

Complotprofessor Karel weet raad (3): De beerput van het gemeentelijke afvalbeleid

De onverschrokken complotprofessor Karel beantwoordt op deze plek wekelijks een brandende kwestie vanuit zijn achterban. In deze aflevering: wat is verborgen achter het gemeentelijke afvalbeleid?

Tekst en illustratie: Sjoerd de Jong

Geachte professor Karel,

Bij het werken in mijn tuin, die helaas tamelijk overwoekerd is door onkruid sinds mijn jongste burn out, stuitte ik gisteren op een merkwaardig metalen voorwerp. Het lag een beetje verscholen tussen de struiken, alsof iemand het daar had weggestopt. Het is een metalen kastje met twee antennes die eruit steken als voelsprieten of tentakels. Er zitten ook gaten in, en er staan tekens op die ik niet begrijp. Wat moet ik doen? Ik durf het ding niet naar het Afvalpunt te brengen. Kan ik de gemeente inlichten? Bellen en e-mailberichten versturen gaat mij ook slecht af, sinds de buren zeggen dat ze een oude ‘router’ hebben weggedaan. Geen idee wat ze bedoelen.

Arend Bronkorst-Van Vervelen

Dit is een zeer interessant zaakje, waarin grote behoedzaamheid vereist is. Ik moet u om te beginnen ernstig waarschuwen, want u staat op het punt een grote fout te maken. Het is namelijk niet de eerste keer dat ik een melding krijg over een dergelijk voorwerp. Andere exemplaren worden volgens berichten die mij bereiken ook wel aangetroffen in plantsoenen, inderdaad bij Afvalpunten van diverse gemeenten, en soms zelfs in vuilnisbakken op straat. Allemaal zeer verontrustend. Maar goed, nu het voorwerp zelf. Wat weten we daarvan?

Welnu, ik werd onlangs gebeld door een oude kennis die goed is ingevoerd in de wereld van geheime diensten, over een heel ander onderwerp, dat had te maken met geheime plannen van de NAVO om Texel om te bouwen tot een ondergrondse atoombasis, wat er niet van gekomen is omdat men niet kon instaan voor de radioactieve gevolgen voor de Noord-Atlantische visvangst, naar verluidt. Maar goed, de verbinding werd toen ineens verbroken, en ik hoorde mijn kennis nog net roepen: ‘Nee! Zet dat ding niet op mijn hoofd!’ Daarna heb ik hem nog maar één keer ontmoet, bij toeval in de supermarkt hier in het dorp waar hij een beetje verdwaasd diepvriesmaaltijden in zijn karretje aan het stapelen was. Ik vroeg hoe het met hem ging maar hij lachte alleen maar en zei iets als ‘mijn codenaam is Blauw Varkentje’. Dus die is uitgeschakeld. Hoe dan ook, brengt u dit voorwerp onder geen beding naar de gemeente! Het is goed mogelijk dat zij het juist in uw tuin hebben geplant.

Ik wil u niet nodeloos schrik aanjagen, maar u moet beseffen dat er mogelijk een verband is met uw werksituatie en gezondheid. U spreekt in uw brief van een reeks burn outs. Wanneer begonnen die? Het zou natuurlijk heel goed kunnen dat er een verband is met het voorwerp dat in uw tuin is verstopt. Straalt er ’s nachts groen licht uit, als u uit uw raam kijkt? Dat kan een aanwijzing zijn.

U kunt mij misschien het beste uw medisch dossier doen toekomen, uiteraard in een goed gesloten bruine enveloppe, dan zal ik de zaak nader bestuderen en voorleggen aan mijn contacten. Ik ben ook benieuwd naar uw buren die naar ik begrijp een rol spelen in dit verhaal, dus ik raad u aan om, met een klein toestel dat geen sluitergeluid produceert, onopgemerkt enkele fotografische opnames van hen te maken en mij ook die te doen toekomen, uiteraard opnieuw in een gesloten bruine enveloppe. Materiaal uit huisvuil is ook welkom, als u kans ziet onderdelen te bemachtigen die ons mogelijk iets leren over hun contacten. Ik kan natuurlijk niets beloven, maar dit is een ernstige zaak waar wij zeker nader over moeten spreken, in deze rubriek of in persoonlijk contact. Indien bellen of mailen niet mogelijk is, stuurt u mij rooksignalen conform het codesysteem van de laatste der Mohikanen – dat kan vanuit uw tuin.

Complotprofessor Karel weet raad (2): hoe herken je het reptiel in Bill Gates?

Wegens groot succes geprolongeerd: de onverschrokken complotprofessor Karel en zijn demasqué van de ons voorgespiegelde werkelijkheid. De meester van de grondige analyse behandelt op deze plek wekelijks brandende vraagstukken waarmee zijn achterban worstelt. In deze aflevering: hoe herken je het Reptiel in Bill Gates?

Tekst en illustratie: Sjoerd de Jong

Geachte professor Karel,

Heel veel dank voor uw heldere uitleg over alles wat er aan de hand is! Toch heb ik een vraag. Als ik mijn televisie omzet van analoog naar digitaal, vanwege de beeldkwaliteit, zie ik vaak opeens het gezicht van Bill Gates. Ik hoor dan ook zijn stem. Hij zegt: ‘Kijk me aan, Auke! Zie je mijn groene schubben? Zie je hoe ik verander in een reptiel?’ Het probleem is: ik zie het niet. Ik blijf gewoon Bill Gates zien. Mijn vraag aan u: ligt het aan mij of aan mijn toestel? Het is een Sony KD-49XG7004 waar ik verder nooit problemen mee heb.

Auke de Vries

Beste Auke,

Zoals je weet hou ik er niet van als mensen om de zaken heen draaien, dus laat ik het je recht op de man af zeggen: het ligt aan jou. Het punt is, dat de vibraties die nodig zijn om het reptielenkarakter van Gates te zien – of, op een iets lagere frequentie, dat van Rutte – alleen kunnen worden opgevangen door iemand die in de juiste frame of mind is. Kijk, het punt is dat wij, althans de meesten van ons, zo zijn gehersenspoeld door de media dat we out of touch zijn met die vibraties, die volgens sommige bronnen – maar dat heb ik nog niet goed kunnen controleren – een buitenaardse oorsprong hebben.

Bij de meeste toestellen die ik ken, met name de oudere Philips-modellen die werden geproduceerd toen dat bedrijf zich nog niet exclusief had toegelegd op medische technologie (een overgang die natuurlijk ook niet toevallig was, kort voor de zogenaamde corona-pandemie), is het zo dat Gates zijn werkelijke aard al onthult bij gewoon wat domweg ‘zappen’ tussen diverse kanalen. Althans, voor wie zich niet voor de gek laat houden, natuurlijk. Nu kijk ik zelf bijna geen televisie meer – nou goed, om Ted de Braak kon ik nog wel lachen, ooit, maar nu is het een en al staatspropaganda – maar de laatste keer dat ik mijn toestel aanzette, zag ik Gates meteen shapeshiften.

Ik kan dus alleen maar concluderen dat hier bij jou een persoonlijke blokkade speelt, veroorzaakt door factoren in opvoeding, werk of mediagebruik. Is het mogelijk dat je bij de Nederlandse of een andere westerse overheid werkt? Dat zou natuurlijk alles verklaren. Mijn contacten bij internationale instanties die afhankelijk zijn van Washington of de NAVO kampen bijvoorbeeld thuis met hetzelfde probleem: zij zien het ook niet.

Ik kan je maar één ding aanraden: neem ontslag. Alleen zo kan vermoedelijk de jarenlange conditionering van je geest worden doorbroken. Overigens moet ik er nog wel aan toevoegen dat je het reptiel-uiterlijk van Gates natuurlijk niet te letterlijk moet nemen, dan komen we ook weer in sprookjes terecht. Het gaat in feite om de chip die hij in de wereldbevolking wil laten implanteren om ons gedrag en denken te manipuleren, of die nu van buitenaards materiaal is of niet. Het kan dus ook zijn, al wil ik de mensen niet banger maken nodig is – dus heel bang – dat bij jou die chip al is geïmplanteerd. Ja, dan kun je de waarheid inderdaad niet meer ‘zien’. In dat geval zit er niets anders op dan neurologisch onderzoek, om die chip te laten verwijderen en je brein opnieuw te laten programmeren. Doe dat alleen in godsnaam wel bij een niet-erkende instantie! Anders ben je nog verder van huis!

Gezond Verstand: complotprofessor Karel legt het nog één keer uit

De kloof tussen wetenschap en burger wordt gedicht door een nieuwe fenomeen in universitair Nederland: de complotprofessor. Professor Karel, grootmeester van de grondige analyse, deconstrueert in Café Wereldleed tot in de finesses de kunstmatig geregisseerde werkelijkheid waarin we leven. Wat speelt er werkelijk bij de duidelijk kunstmatige corona-pandemie? Welke totalitaire bedoelingen zijn hier in het spel? Wat is de rol van de CIA, de Mossad en de NSA? En wat deed de chimpansee Ham in outer space?

 
Tekst en illustraties: Sjoerd de Jong

Waar waren we gebleven? O ja, ik zei het vorige keer al: je moet gewoon niet geloven wat ze je vertellen. Het klópt niet. Nog beter: geloof liever niets. Denk om te beginnen na: hoe weten we dit? Wat weten we? Nou ja, we weten één ding zeker: het officiële verhaal klopt niet. We worden belazerd.

Onlangs had ik die leuke jongen met dat lange haar op bezoek, je weet wel die dansleraar die het officiële verhaal ook niet gelooft. Ik bedoel, een soort griep die zo gevaarlijk zou zijn dat de halve wereld zichzelf opsluit, wie gelooft dat? Dan kun je net zo goed geloven dat een handjevol terroristen het World Trade Center in New York heeft laten instorten, of iets dergelijks. Hoe naïef kun je zijn? Dan ken je gewoon de feiten niet. En die liggen voor het oprapen!

Ik heb hem toen ook uitgelegd, die jongen met dat lange haar bedoel ik, dat ze in Washington en Den Haag waarschijnlijk denken dat we echt gek zijn. Ja, ‘complotdenker’ heet je dan. Dat is natuurlijk een doorzichtige poging van the powers that be om je onschadelijk te maken. Maar de agressie waarmee dat gebeurt, geeft wel aan dat ze bang worden. Begrijpelijk, want je voelt dat de zaak kantelt. De mensen geloven het niet meer. Ik had het laatst nog bij de groenteboer, een heel simpele man, die zei opeens: ik geloof het gewoon niet meer. Het is fake. Dus ja, we gaan de goeie kant op.

Laten we dat voor de kijkers nog eens wat proberen uit te diepen, okee?

Dan moet je eerst goed kijken: wat weten we eigenlijk wél? Wat zijn de feiten? Een voorbeeld. We wéten dat Joop den Uyl geen villa had in België. Dus dat klopt al niet. Maar dan moet je meteen vragen: waar had hij dan wél een villa? En wie heeft daar belang bij? Je moet je eigen onderzoek doen. Veel lezen ook. Ik heb over die villa bijvoorbeeld dagenlang Funda bekeken, of hoe heet dat: over mijn scherm laten rollen. Dan zie je meteen al dat het niet kan kloppen, want je kunt daar zelf variabele prijzen invullen. Hoe kan dat nou? Zo werkt het niet als je een huis koopt. Dus dat klopt al niet.

Super-Reptiel
Nog iets anders, wat hier mogelijk ook mee samenhangt. Ik hoor steeds vaker mensen die er verstand van hebben zeggen dat de Aarde in werkelijkheid, dus buiten de voorgeschreven werkelijkheid, wordt gemanipuleerd door een buitenaards Wezen, een soort super-Reptiel. Die leuke dansleraar had het er pas ook al over. Dat Reptiel zou het brein van wereldleiders als Merkel, Bush, Obama en wie weet ook Mark Rutte hebben overgenomen. Dat van Rutte is maar een kleine moeite, denk ik dan, maar goed.

Kijk, ik kan die zaak niet beoordelen. Ik moet eerst alle publicaties erover eens bestuderen. Ik zeg je wel, op het eerste gezicht lijkt het me wat vergezocht. En je weet, ik wil altijd eerst de feiten zien. Aan de andere kant, het zou wel heel veel verklaren. Want je hoort internationaal nu opeens, heel wonderlijk, weer van alles over ruimtevaart, met die Space Force van Trump. En we weten dat sommige astronauten gek zijn geworden na hun terugkeer op Aarde – als ze tenminste ooit echt weg waren. Dus hoe komt dat? Is dat toeval?

Daar komt nog iets bij. Dat is dit. Waarom heeft de NASA in 1961 eigenlijk eerst een chimpansee de ruimte in gestuurd, en waar kwam die vandaan? En wat dééd die daar in de ruimte? Dat wéten we niet, want de aap, Ham heette hij, heeft nooit een interview gegeven. Vreemd, niet? Nu ja, dan denk ik meteen aan het volgende. In onze eerdere uitzendingen hebben we het al vaak gehad over de rol die non human animals zouden spelen bij epidemieën – volgens de zogenaamde experts – maar hoe zit dat precies? Die beestjes verzinnen dat niet zelf, toch? Haha. Kijk, we weten dat de CIA experimenteerde met dieren. Net als Pablo Escobar, de Colombiaanse drugsbaas die er een eigen dierentuin op nahield. Dat is ook niet zo gek, want in een volwassen hippopotamus kun je al snel duizend kilo smokkelen, als je het beest tenminste de grens over kunt krijgen. Laat staan de ruimte in. Maar wie bedenkt zoiets? Die Escobar was natuurlijk ook maar een kruimeldief, hoe kan die opeens de CEO worden van een wereldwijd narcotica-imperium? Dat is onmogelijk! Maar let op: hij trad aan in hetzelfde jaar dat prins Bernhard in opspraak kwam. Want je weet, het Medellín-kartel is opgericht in 1976, toen de steekpenningen van Lockheed in Amerika werden onderzocht. En Bernhard had toen al een hele geschiedenis met dieren zoals we weten. Vooral met dode. Overigens is 1976 ook het jaar dat de Duitsers – en we weten dat Bernhard een Duitser was – op tv met een eigen versie begonnen van Sjef van Oekels Discohoek.

Is dat allemaal toeval, denk je?

Ik denk het niet.

Oekraïense Jeugdjournaal
Dan hebben we het nog niet gehad over Oekraïne. Laten we eens proberen na te gaan wat daar is gebeurd, bij die zogenaamde revolutie die zoals we weten een door de CIA en Brussel gesteunde staatsgreep was. Vorige keer vertelde ik al dat er toen bandopnames uit de studio van het Oekraïense Jeugdjournaal zijn verdwenen en nooit meer zijn opgedoken. We wéten dus niet wat er in die studio is gezegd, op het moment dat MH-17 werd neergeschoten – of laten we zeggen toen MH 17 van de radar verdween. Maar waarom mógen we dat niet weten? Volgens inmiddels verdwenen Oekraïense omroepgidsen zou in dat Jeugdjournaal een documentaire te zien zou zijn geweest over Ham, je weet wel, die NASA-chimpansee waar we het net over hadden. Waarom mocht die niet worden uitgezonden? Is dat toeval?

Waarom is dat zo belangrijk? Nou ja, je moet er rekening mee houden dat Ham getraind was door de CIA, of dat staat wel vast. Volgens sommige bronnen was zijn codenaam in Washington ‘Victor Baarn’, maar dat weten we niet zeker. Hoe dan ook, het zou naïef zijn om te denken dat dit allemaal geen rol speelt. Was er bijvoorbeeld een relatie tussen die aap en Pablo Escobar, die zoals we weten óók contacten had met de CIA? Kijk, ik zeg er wel bij: dit zijn rationale argumenten, geen vastgestelde feiten. Maar goed, die truc kennen we van de Lockheed-zaak. Dat Bernhard corrupt was, mocht toen geen vastgesteld feit heten, om redenen van staatsbelang. En dan is er nog dat fameuze geheime deel van het rapport, dat Den Uyl moet hebben bewaard in een kluis, thuis in zijn villa in België. Wat zeg je? Nee, nou goed, ergens anders kan ook, dat doet er nu even niet toe, dat zijn details. Het gaat erom dat je de grote lijn ziet: we mógen bepaalde dingen gewoon niet weten.

Hoe dan ook. We moeten even terugkomen op die Space Force waar we mee begonnen, want daar hebben we nog niet genoeg over gezegd. Kijk, je kunt ervan uitgaan dat het geen toeval is dat Trump daar nu mee komt. Net nu wij in een soort corona-dictatuur leven én Den Haag beslist over het G5-netwerk. De Amerikanen zijn daar om geopolitieke redenen tegen, maar mogelijk weten ze ook meer van de straling die dat netwerk kan veroorzaken. Vergeet niet, de CIA experimenteerde al in de jaren vijftig met straling, net als met LSD. Dat was het begin van de hippie-cultuur, zoals je weet. Het is dus goed mogelijk dat die is opgezet om juist een rechtse of zelfs fascistische reactie op gang te brengen. Woodstock is dan een false flag operatie geweest, om Reagan en Bush aan de macht te brengen. Nogmaals, we weten het niet zeker, maar het is mógelijk. Denk ook aan Charles Manson en zijn volgelingen, die met een vork teksten krasten in de buik van een van hun slachtoffers. Let op, een vork! Dus dan ben je toch weer bij het officiële verhaal over 9/11, nietwaar, en die zogenaamde terroristen met hun plastic bestek. Je ziet, er is meer aan de hand dan we mogen weten. Trouwens ook meer dan we mogen zeggen, want ik wil niet weer worden gecensureerd, dus om de betrokkenheid van bepaalde partijen moeten we maar een beetje heen praten.

Bill Gates
Maar terug naar die Space Force. Het zou mij niet verbazen als die óók gekocht is door Bill Gates, net als Covid-19. Je kunt namelijk, als je de literatuur een beetje bestudeert zoals ik heb gedaan, vermoeden dat planetaire vaccinatie goed te doen is vanuit de ruimte, met een geprepareerd projectiel. Dat is veel efficiënter dan mensen on the ground één voor één inenten. Je kunt je nu afvragen: wordt dáár misschien aan gewerkt bij die Space Force?
Het zou goed kunnen. Dat zou betekenen dat die banden van het Oekraïense Jeugdjournaal natuurlijk door de VS gewist zijn, want mogelijk heeft de aap Ham daarin zijn mond voorbijgepraat. Dat wissen is geen probleem voor de NSA, dat is een peulenschil voor die jongens. Ja pas op, ongetwijfeld hebben ze ook in de gaten waar wij het nu over hebben, dus voor de zekerheid kun je straks beter een andere route nemen naar huis. Nou ja, op den duur maakt dat allemaal niet uit en vinden ze je toch wel. Maar je kunt het ze moeilijk maken. En intussen blijven hopen – en ik zie daar al tekenen van – dat het grote publiek kritischer naar het officiële verhaal gaat kijken. Zoals wij.

Nog even over die chimpansee, want nu komen we bij de kern. Chimpansees hebben zoals je weet een fijn afgesteld alarmsysteem om hun soortgenoten te waarschuwen voor reptielen. Dat zou kunnen verklaren waarom nu juist deze aap de ruimte ingeschoten moest worden. Nietwaar? Het is dus mogelijk dat de CIA, al dan niet samen met het World Wildlife Fund van Bernhard, ruimtevaart heeft gebruikt als false flag operatie om het op een akkoordje te gooien met het Reptiel. Dat mogen wij natuurlijk niet weten. Naar de inhoud van die deal kunnen we ook alleen maar gissen. Je vermoedt wel een verband met corona en Bill Gates. Overigens geeft het ook te denken dat het bestaan van die villa van Den Uyl nog steeds zo hardnekkig wordt ontkend, dus het is mogelijk dat hij er een afschrift van had in zijn kluis. Het lijkt me in elk geval geen toeval dat zijn opvolger Kok direct zijn ideologische veren ging staan afschudden.

Ja, we kunnen er eindeloos over praten, maar okee, ik geloof dat we voor deze keer wel voldoende hebben behandeld. Volgende keer zal ik wat dieper ingaan op dat Reptiel en welke rol die mogelijk speelde bij het ‘ontsnappen’ van Covid-19 uit dat Chinese laboratorium. Overigens is dat virus niets nieuws. Tijdens Woodstock werd al gewaarschuwd voor Covid-19 dat verwerkt zou zijn in LSD die gratis werd uitgedeeld door pruik dragende mannen, vermoedelijk CIA-agenten. Dat gebeurde tijdens de show van Crosby, Stills, Nash & Young. En van Young weten we dat hij nauwe banden had met Charles Manson en, althans volgens sommige bronnen, gitaar speelt met een vork.

Allemaal toeval? Geen redelijk mens zal dat toch nog geloven. Dan leef je echt in een ander universum. Kortom, blijf zelf nadenken, zeg ik tegen de kijkers. En loop een blokje om, onderweg naar huis.

Sjoerd de Jong is de gefabriceerde naam van een journalist, werkzaam in de mainstream media, die de echte feiten afdoet als ‘complotten’.

Gonzo in het Witte Huis

//

De gonzo-journalistiek van Hunter Thompson wordt ten node gemist nu Amerika onder Trump aan de rand van een nationale zenuwinzinking staat. Probleem is echter: Trump is de eerste Gonzo-president.

Tekst: Sjoerd de Jong

Hunter Thompson zat niet op Twitter. Hij schoot zichzelf door zijn hoofd in 2005, een jaar voordat het blauwe vogeltje zijn vleugels uitsloeg. Maar stel dat de legendarische gonzo-journalist nog had kunnen twitteren. Had hij dan met een stroom woeste berichten van 180 tekens, getikt in het holst van de nacht en in walmen van drank en hasj, kunnen voorkomen dat Donald Trump president was geworden? Was impeachment dan niet nodig geweest? Had het gekkenhuis waarin Amerika door toedoen van de maniak-president is beland, compleet met geraas en getier over landverraad, spionage en burgeroorlog, kunnen worden voorkomen?

Timothy Denevi lijkt het te geloven. In Freak Kingdom. Hunter S.Thompsons Manic Ten Year Crusade Against American Fascism presenteert hij Thompson als een volwaardige antifascist, die in Trumps voorganger Richard Nixon al zag aankomen wat Amerika nu is overkomen. Zijn boek is in de VS warm onthaald op radicaal-linkse websites, maar ook in bladen als The Atlantic. De cultstatus van Thompson staat nog steeds garant voor welwillende aandacht.

Journalistieke renegaat
De journalistieke renegaat Hunter S. Thompson (1937-2005) werd een held van de jaren zestig en zeventig met zijn bestsellers Fear and Loathing in Las Vegas (1971), een extravagante drugsnovelle, en Fear and Loathing on the Campaign Trail (1973), zijn huid-en-haar-verslag van Nixons herverkiezing in 1972. Hij was openlijk partijdig, brak met de journalistieke conventie om jezelf vooral buiten het verhaal te houden, schreef op wat hij hoorde in de toiletten en lapte in het algemeen de regels van het vak aan zijn laars – vandaar dat ‘gonzo’.

Met die aanpak geldt Thompson als een grondlegger van wat bekend werd als New Journalism, ‘narratieve’ journalistiek met literaire technieken waarin de verslaggever handelingen en gebeurtenissen niet alleen beschrijft, maar ook becommentarieert of zelfs beïnvloedt. Hij inspireerde generaties journalisten, ook Nederlandse, om met durf, flair en humor te schrijven en, for better or worse, het stoffige ideaal van ‘objectiviteit’ los te laten.

Denevi’s boodschap is kort maar krachtig: in de huidige noodsituatie met Trump hebben we meer Thompsons nodig. Zoals de gonzo-man het mes zette in de corrupte leugenaar Nixon, zo zouden journalisten nu de helblonde nep-Mussolini in het Witte Huis veel harder moeten aanpakken.

Die overtuiging berust op een drietal misverstanden. Eén: Trump is geen Nixon. Twee: Trump lijkt juist veel meer op Thompson zelf. En drie: tegen Trump helpt geen gonzo, want hij ís gonzo.

Maar eerst het goede nieuws.

Op zichzelf is Denevi’s boek een nuttige correctie op het clowneske imago dat Thompson door eigen toedoen steeds meer heeft gekregen. Hij werd de belichaming van het met drank en drugs ‘uit je dak gaan’-levensgevoel, een attractie uit de jaren zestig die tegen betaling een wasted praatje kwam houden voor studenten, of die bij zijn huis in de Rocky Mountains bezoekers imponeerde door revolvers en geweren af te schieten. Hij werd een knuffeljunk in het alternatieve circuit die nog maar bij vlagen iets origineels schreef. Liever liet hij zijn brieven, faxen en kattebelletjes bundelen, want de schoorsteen moest toch roken.

Denevi herinnert er terecht aan dat het ooit anders was. Thompson geloofde in de Amerikaanse Droom, die na de moord op Kennedy in 1963 volgens hem de nek werd omgedraaid door cynische politici als Nixon. Thompson, een libertaire individualist, vreesde een police state waarin elke afwijking van kleinburgerlijk conformisme celstraf, verbanning of erger zou betekenen.

Gewelddadige genen
Die bezorgdheid kwam voort uit het levendige besef dat Amerika gewelddadige genen heeft en dat in het land altijd latente agressie huist die op onverwachte momenten tot uitbarsting kan komen. Een hang naar primitieve gekte die door Philip Roth treffend The Great American Berserk is gedoopt. Thompson zag dat monster de kop opsteken op de Republikeinse Conventie van 1964 in San Francisco, waar de ultrarechtse Barry Goldwater werd genomineerd, en vier jaar later tijdens de campagne van George Wallace, de racistische gouverneur van Alabama. De laatste speelde volgens Thompson ‘met de massa alsof hij ze aan een touwtje had; ze lachten, schreeuwden, sloegen elkaar op de rug’. Ze waren klaar ‘om te lynchen’.

Ja, dat zou zo een beschrijving kunnen zijn van een Trump-rally.

Bovendien had Thompson niet alleen een scherp oog voor populisten, maar ook voor de Amerikanen die Hillary Clinton deplorables zou noemen. Het klootjesvolk aan de onderkant, kansloos in een prestatiesamenleving die draait om cultureel en ander kapitaal. Klassiek voorbeeld zijn de Hells Angels over wie Thompson in 1968 zijn eerste succesvolle boek schreef. Ook hen noemde hij ‘fascistisch’, maar intussen was zijn empathie met de lichtgeraakte bruten, die LSD slikten als aspirine en wegspoelden met een six-pack, onmiskenbaar.

Laatste pluspunt: Denevi geeft nieuw inzicht in Thompsons Fear and Loathing in Las Vegas. Dat onweerstaanbare verslag van een destructief uitje naar de gokstad in Nevada, Thompsons melancholieke afscheid van de sixties, blijkt te zijn voortgekomen uit de nood van zijn reisgezel, de latino-advocaat Oscar Acosta, met wie hij werkte aan een reportage over etnische spanningen in Los Angeles. De autoriteiten vermoedden dat Acosta actief betrokken was bij de bomaanslagen van activisten die hij verdedigde en de advocaat vreesde in zijn kantoor te worden afgeluisterd. Tijdens de eenzame rit naar Vegas kon het duo onbezorgd bijpraten. Thompson ging er trouwens van uit dat Justitie wel eens gelijk kon hebben over Acosta, die nauwe banden had met criminelen en jaren later onder nooit opgehelderde omstandigheden verdween.

Dan nu het slechte nieuws.

Het mag leuk klinken, Thompson als antifascist, maar Denevi doet nauwelijks een poging dat idee te onderbouwen met een analyse van zijn werk. Dat moet kennelijk voor zichzelf spreken. Het gevolg is dat Denevi’s boek vooral een – zoveelste – dweepzieke kroniek is van Thompsons hoogtijdagen (1962-1977), grotendeels gebaseerd op boeken, artikelen en eerder gepubliceerde brieven van de man zelf. Dat is jammer, want Denevi’s these is prikkelend, alleen al omdat er zoveel tegenin te brengen valt.

Ik noemde drie misverstanden. Om met het eerste te beginnen: ja, Thompson zou Trump ongetwijfeld een ‘fascist’’ hebben gevonden. Het staat wel vast dat hij uit de heup schietend op de man van de gelijknamige Toren was losgegaan. Daarbij duikt wel meteen een vocabulaireprobleem op. Want welke munitie had Thompson eigenlijk nog over, na zijn tirades tegen Nixon als ‘crimineel’, ‘hyena’, ‘fascist’ en ‘Nazi’? Zijn dubbelloops was al leeggeschoten.

Maar dat terzijde. Wás Nixon een soort Trump?

In zijn veelgeprezen boek Nixonland (2008) beweert de historicus Rick Perlstein dat Nixon met zijn beroep op de ‘zwijgende meerderheid’ het startschot gaf voor de culture wars tussen Amerikaanse progressieven en conservatieven die uiteindelijk Trump aan de macht hebben gebracht. Dat lijkt aannemelijk, maar het is overdreven. Trump heeft zijn overwinning in 2016 eerder te danken aan het ideologische verzet tegen de culturele revolutie en losbandigheid van de jaren zestig, dat in de VS pas goed op stoom kwam onder Reagan en dat werd gestimuleerd door de bittere polarisatie onder Clinton, Bush junior en Obama. Nixon was eerder een man van de Koude Oorlog dan van een cultuuroorlog. Hij wilde vooral zijn handen vrij hebben om in het buitenland met wereldleiders te kunnen praten, en zeker niet in het binnenland de boel op stelten zetten – zoals Trump gretig en bijna dagelijks doet. Ook Nixons inspelen op angst voor ‘zwarte’ criminaliteit was niet impulsief, maar berekenend en strategisch. Het was zijn breekijzer om de Democraten los te wrikken uit het Zuiden.

Ja, Nixon en Trump delen één dubieuze historische eer: tegen beiden heeft het Huis van Afgevaardigden impeachment in gang gezet. Toch opent zich ook hier meteen de diepe politieke en karakterologische kloof die de mannen scheidt. Nixon, een raspoliticus, probeerde zo lang mogelijk de feiten te ontkennen die het hart vormden van de beschuldigingen aan zijn adres. Maar toen zijn eigen Republikeinen begonnen te deserteren, legde hij zich bij de harde realiteit neer en gooide hij de handdoek in de ring. Resultaat: een land dat wakker werd met een kater, in het deprimerende besef dat het onvermijdelijke was gebeurd.

Landverraders en nepmedia
Trump gebruikt een handdoek alleen om zijn voorhoofd te deppen tijdens een Twitter-sessie. Hij denkt geen seconde aan aftreden. Zijn ze nu helemaal gek geworden? In plaats daarvan bluft en briest hij onophoudelijk dat het allemaal leugens zijn van landverraders en nepmedia die Amerika ‘haten’ en zélf achter de tralies zouden moeten verdwijnen. Bovendien, hij beschikt over ‘grote en ongeëvenaarde wijsheid’ dus NOU EN? IK DOE HET GEWOON NOG EEN KEER!! Aftreden? Nooit! Resultaat: een land dat na drie gierende jaren in de achtbaan wankelt aan de rand van een nationale zenuwinzinking.

Al was hij dan uiteindelijk wél een crook, Nixon hield respect voor het politieke systeem waarin hij groot was geworden. Ondanks zijn verspreking dat ‘als de president iets doet, het dús niet illegaal is’. Trump daarentegen geeft geen zier om het politieke systeem. Integendeel, dat is het ‘moeras’ dat hij belooft droog te leggen. Nixons beroep op executive privilege ging te ver en dat wist hij. Maar voor Trump is het idee dat de president niets fout kan doen geen verspreking, het is het uitgangspunt van zijn hele denken en doen.

Er is nog een verschil. Bij Nixon waren veel Amerikanen bang dat achter het fatsoenlijke, verantwoordelijke masker dat hij in het openbaar droeg in feite een onbetrouwbare cynicus school: de échte Nixon. Vandaar dat de bandjes van zijn gesprekken in zijn Witte Huis, doorspekt met vloeken en denigrerende opmerkingen over Joden en zwarten, zo’n onthulling waren. Het masker was afgevallen. Bij Trump ligt dat compleet anders, want deze levenslange bluffer dráágt helemaal geen masker. Waarom zou hij? Hij leeft van de openbaarheid, van het geluid van zijn eigen ego en rinkelend porselein. Juist publiekelijk gaat Trump tekeer als een mythische halfgod, die doet wat in hem opkomt.

Geroutineerde leugenaar
Zelfs in hun leugens en bedrog verschillen ze. Nixon was een geroutineerde leugenaar, die tegen een medewerker met politieke ambities ooit vaderlijk zei: ‘Weet je, Len, je hebt geen schijn van kans in de politiek. Jij weet niet hoe je moet liegen.’ Maar Nixon loog strategisch, nooit om zichzelf te vleien of een eigen fantasiewereld te creëren zoals de reality-tv-president uit New York. Voor Trump zijn leugens zulke dagelijkse kost – de boekhouders van de Amerikaanse pers telden er in drie jaar 13.000 – dat hij ze waarschijnlijk niet eens herkent als leugens. Hij leeft in een ‘alternatieve’ waarheid.

Voorbeelden te over. Bij zijn verklaring over de dood van IS-leider al-Baghdadi meldde Trump vergenoegd dat de terrorist ‘jammerend en jankend’ aan zijn einde was gekomen. Al was er geen militair die dat kon bevestigen. Hij pochte dat de voorzitter van de Amerikaanse Padvinderij hem had bedankt voor zijn geweldige toespraak op de Jamboree. Trouwens, de president van Mexico had hem ook gebeld, om te bedanken voor zijn grenscontrole. Niets van waar.

Maar wat maakt het uit? Voor een narcist tellen verzonnen complimenten ook.

En dan zijn er nog wat andere, frappante biografische verschillen.

Nixon, die zich uit een middenstandsmilieu omhoog knokte, was sociaal gezien de absolute tegenpool van het zondagskind uit New York. Thompson noemde hem eens een ‘scharrelaar’ en een ‘beroepspoliticus’ die de trukendoos van Washington kende, maar geen ‘ziel’ had. Heel wat anders dan Trump, een president in pyjama die lak heeft aan ’techniek’ en liever zijn achterban op Twitter oppookt dan met ambtenaren overlegt in het Ovalen Kantoor.

Thompsons afkeer van Nixon, denk je dan, was dan ook vooral een kwestie van temperament. De vrijbuiter-journalist walgde van de man Nixon, die leefde op de handrem, billen-samengeknepen bekrompen en burgerlijk. Ongeneeslijk square. Een sociale stijger, die werd geweigerd door een studentenvereniging omdat hij te kleurloos was. Een man die op een feestje de gastvrouw onder vier ogen vroeg om ‘een dubbele sherry’. Sherry!

Dat imago kleefde Nixon levenslang aan. In The Selling of the President (1968) van Joe McGinnis zegt de latere oprichter van Fox News Roger Ailes over Nixon: ‘Mensen vinden hem saai. Ze zien hem als iemand die al 42 was toen hij werd geboren. Andere kinderen kregen een voetbal met Kerstmis, hij een aktentas, en daar was hij blij mee.’ En: ‘Hij ziet eruit alsof iemand hem de hele nacht in een kast heeft gehangen en hij er ’s ochtends met een verkreukeld pak uitspringt en begint te roepen: ik wil president worden!’

O ja, de vrouwen! Trump pronkt met echtgenotes, houdt van bimbo’s, schept op dat hij vrouwen bij hun pussy kan grijpen en zei over zijn dochter bij wijze van compliment dat hij met haar zou ‘uitgaan’ als hij niet haar vader was. Vergelijk dat eens met Nixon, die er door zijn adviseurs aan moest worden herinnerd af en toe naar zijn Pat te glimlachen als ze weer eens achter hem aan dribbelde. Het contrast met Trump is even groot als dat met Kennedy, ook een oversekste rijkeluiszoon, aan wie Nixon een pesthekel had.

Personificatie van de jaren vijftig
‘Tricky Dick’ was dus eerder de personificatie van de jaren vijftig, een kop van Jut voor de alternatieve kringen waarin Thompson zich bewoog. Op clementie hoefde hij dan ook niet te rekenen, toen hij ten val was gekomen. Alleen Neil Young zong in 1976, toen hij de ex-president het ziekenhuis had zien verlaten na een bezoek aan Pat, dat ‘zelfs Richard Nixon een ziel heeft’.

Tot slot dan de tijden. Je zou denken dat het in Amerika niet erger kan dan nu, maar de Nixon-jaren mochten er ook zijn. Het land sidderde van de politieke moorden, rassenrellen, bomaanslagen en plunderingen. Nadat vier studenten in Ohio door de Nationale Garde waren doodgeschoten, staken omstanders triomfantelijk vier vingers de lucht in. ‘Yippie’ Jerry Rubin vroeg studenten op zijn beurt of ze ‘bereid waren hun ouders te doden – letterlijk’. The Weathermen, een terreurgroep vernoemd naar een songtekst van Bob Dylan, pleegden bomaanslagen tot ze zichzelf opbliezen. De Hells Angels boden hun diensten aan in Vietnam, voor ‘missies achter de linies’.

In die chaos trok Nixon trok er een keer in zijn eentje op uit om bij het Lincoln Memorial een gesprek aan te knopen met anti-oorlogsdemonstranten. Niet dat die gediend waren van zijn toffe praatjes over sport en surfen in Californië – altijd square! – maar toch. Zelfs bij zijn beroep op de ‘zwijgende meerderheid’ deed hij een halfbakken poging de jeugd voor zich te winnen. Geen wonder, Nixon was een control freak. Trump gedijt juist bij chaos. Hij heeft maar één reflex: olie op het vuur gooien. Niet voor niets doet hij geen beroep op Nixons silent majority, maar op zijn eigen angry majority.

Kortom, Hunter Thompson mag de eerste echte gonzo-journalist zijn geweest, Donald J. Trump is de eerste echte gonzo-president.

De overeenkomsten tussen die twee zijn even frappant als de verschillen met Nixon. Trump grof en over the top? Lees de afgrijselijke, humorloze necrologie die Thompson in 1994 van Nixon schreef voor Rolling Stone. De overledene was ‘een kwaadaardige klootzak’; ‘een wild beest dat ruggelings om zich heen klauwt’ met ‘de vuile mentaliteit van een Nazi’’, iemand die ‘slecht was zoals alleen zij die in de Duivel geloven kunnen begrijpen’ en wiens lijk ‘zou moeten worden verbrand in een vuilnisbak’.

Lachen? Mij was dat toen al vergaan.

Trump heeft hooguit minder retorisch talent. Het blijft een beetje behelpen met zijn ‘walgelijke media’, ‘zieke mensen’, ‘corrupte Hillary’, ‘Slaperige Joe’, ‘strontputlandjes’ en ‘rattenholen’. Maar de mentaliteit – ongeremde woede als uiting van morele deugd – is vergelijkbaar.

Trump misogyn? Sla de beruchte passage op in Thompsons Hells Angels (1967) over een groepsverkrachting die hij bijwoonde. Ah gossie, hij werd er helemaal ‘ziek’ van, schrijft Denevi braaf. Maar wacht even. Lezen we bij Thompson bij dat voorval niet ook een persoonlijke, filosofische mijmering over verkrachting als een ‘mysterie’? Als iets waar vrouwen als de dood voor zijn, terwijl er toch ook ‘ergens achterin elke baarmoeder’ een ‘rebelse zenuw tintelt van nieuwsgierigheid elke keer als het woord valt’? Ik bedoel maar.

Journaliste E. Jean Carroll, die Trump in een boek ervan beticht haar ooit te hebben aangerand in een Newyorks pashokje, beleefde naar eigen zeggen iets soortgelijks met Thompson. Alleen hém nam ze niks kwalijk. Thompson had haar in een jacuzzi de kleren van het lijf gescheurd, schreef ze, maar hij was nu eenmaal géén ‘afschuwelijke man’. Ach so – natuurlijk.

Tot zover Thompsons vrouwvriendelijke geloofsbrieven.

Racisme dan? Uit Thompsons reportages spreekt een ironische empathie met hippies en marginale misfits als de Hells Angels. Maar solidariteit met de zwarte burgerrechtenbeweging moet je met een zaklantaarntje zoeken. Intussen doorspekt de uit Louisville, Kentucky afkomstige Thompson zijn reportages met niggers en spics – zij het vooral als een vorm van stoer doen of als maniertje om rednecks met namen als Jimbo belachelijk te maken.

Vuurwapengek
Wapens! Trump omarmt het Tweede Amendement, dat het recht van burgers op wapens garandeert, als een pas geboren baby en jaagt het gehoor bij zijn rally’s voortdurend schrik aan dat de ‘krankzinnige’ Democraten die van hen willen afpakken. Thompson was zijn hele leven een vuurwapengek, tot ellende van zijn omgeving. Hij pleegde zelfmoord met een pistool. Zijn laatste wens: dat zijn as zou worden afgeschoten uit een kanon. Très Trumpiaans.

Rockmuziek: ook een constante bij beiden. Nixon hield van klassieke piano en Sammy Davis junior, en wist nauwelijks wie Elvis was. Thompson en Trump zijn beiden producten van de rockcultuur. Thompson hield van Bob Dylan en The Jefferson Airplane. Trump gebruikte Neil Youngs meestamper Keep On Rockin’ In The Free World als campagnelied. Bij een groots jubileumconcert voor Dylan in Madison Square Garden was Trump in 1992 van de partij om de rock-elite backstage schouderklopjes te geven. Bij een show van Crosby, Stills, Nash & Young zat hij in 2006 naast Patti Smith en Salman Rushdie, die geen van beiden kriebel kregen om te verkassen.

Zou het een generatiekwestie zijn?

Goed mogelijk. Want Thompson (1937) en Trump (1946) zijn – in tegenstelling tot Nixon (1913) – gevormd door het libertijnse Woodstock-tijdperk, toen non-conformisme hoog in het vaandel stond en ontremming en ontregeling werden gevierd als persoonlijke en maatschappelijke deugden. Sherry? Wodka en een snuif! Of – ook goed – elke dag de heroïnekick van Fox News en Twitter. Beide mannen zijn belichamingen van Roths American Berserk, de drang om jezelf geen enkele beperking op te leggen, dwars door alle conventies heen te breken en ongebreideld tekeer te gaan – een hysterisch-vitalistische kant van Amerika waar Nederlanders vaak geen oog voor hebben.

Beiden keren zich tegen het ‘corrupte’ establishment vanuit een heilig geloof in de Amerikaanse Droom: de vrijheid om je uit te leven als individu, zonder een bemoeizieke overheid. Thompson vreesde een police state, Trump de deep state. Het verschil is dat de Droom bij hen door andere daders om zeep wordt geholpen: bij Thompson door ‘kleine sjacheraars’ (zoals Nixon), bij Trump door ‘socialisten’ (alle Democraten). Ergens in zijn boek schrijft Denevi terloops: ‘Voor Thompson was de Amerikaanse Droom altijd een kwestie van vrijheid: als je maar jezelf aan je schoenveters omhoog wist te trekken en harder werkte dan alle anderen, dan slaagde je.’

Ja, Trump zou het er van harte mee eens zijn.

Hebben we gonzo-journalistiek nodig om van Trump af te komen, of hem, op zijn minst, met een beetje goed humeur te overleven?

Dat is het derde en laatste misverstand.

Feit is dat Thompson allang school heeft gemaakt, ook in Nederland. Kranten en sites staan bol van journalisten die hun ik beschouwen als het beste knaapje om hun bloedstollende verhaal aan op te hangen. Of die als mini-Thompsons de lezer vergasten op gesjochten ontboezemingen over hun seks- drank- en drugsleven – en over de prangende vraag wie ze een racist, fascist, Gutmensch of gewoon een lul vinden. Zet Twitter op een kier en het gebrul en gejank komt je tegemoet van bloggers die zich als bronstige bavianen op de borst staan te roffelen om zich dan weer jammerend eigenhandig aan het kruis van het vrije woord te spijkeren. Tourette is in die wereld geen aandoening, maar een diploma.
Dus méér gonzo, tegen de Über-gonzo in het Witte Huis? Nee, dank u.

Het zou ook niet helpen. Richard Nixon werd niet ten val gebracht door gonzo-journalisten die halfdronken hun achterste afveegden met alle beroepsregels, maar door geduldig, vasthoudend uitzoekwerk van ‘gewone’ verslaggevers van een gevestigde krant. Zoals verslaggevers van The New York Times en andere Amerikaanse onderzoeksjournalisten, die er met hun jasjes nog steeds uitzien als verzekeringsagenten of boekhouders, bakken vol feiten hebben opgegraven over Trumps bedrijven, bezittingen, buitenlandse besognes, bemoeienis met Oekraïne en tal van andere zaken die hem nu opbreken.

Van dat soort verslaggevers, ja, daar zijn er altijd meer van nodig.

Timothy Denevi: Freak Kingdom. Hunter Thompson’s Manic Ten-Year Crusade Against American Fascism.
PublicAffairs, 396 blz.

Sjoerd de Jong is Ombudsman van NRC Handelsblad en levert regelmatig bijdragen over de rol van de journalistiek aan De Republikein.

Dit artikel verscheen in nr. 4/2019 van De Republikein, tijdschrift voor politiek, cultuur, recht & burgerschap. Voor de gehele inhoud, zie hier. Mis geen nummer meer van dit unieke kwartaaltijdschrift en neem een abonnement.